Burgerlijk Wetboek Boek 2

1. Indien het verzoek wordt toegewezen benoemt de ondernemingskamer een of meer deskundigen die over de prijs schriftelijk bericht moeten uitbrengen. De artikelen 186 tot en met 191 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering zijn voor het overige van overeenkomstige toepassing, tenzij de aard van de zaak zich hiertegen verzet. De artikelen 351 en 352 zijn van overeenkomstige toepassing. Tegen de deskundigenbenoeming staat geen hogere voorziening open.

Dit betekent dat wanneer een verzoek wordt goedgekeurd (toegewezen), de ondernemingskamer één of meer deskundigen aanstelt (benoemt). Deze deskundigen zijn verplicht om schriftelijk een rapport (bericht) uit te brengen over de prijs. De artikelen 186 tot en met 191 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering zijn voor het overige op een vergelijkbare manier van toepassing (van overeenkomstige toepassing), tenzij de specifieke aard van de zaak (aard van de zaak) zich daartegen verzet. De artikelen 351 en 352 zijn eveneens van overeenkomstige toepassing. Tegen de aanstelling van de deskundigen (deskundigenbenoeming) is geen beroep bij een hogere rechter mogelijk (staat geen hogere voorziening open).

2. Indien tussen partijen op grond van de statuten of een overeenkomst in de zin van artikel 337 lid 1 bepalingen omtrent de vaststelling van de waarde van de aandelen gelden, stellen de deskundigen hun bericht op met inachtneming daarvan.

Dit houdt in dat als er tussen de betrokken partijen, op basis van de statuten of een overeenkomst zoals bedoeld in artikel 337 lid 1, regels (bepalingen) bestaan over hoe de waarde van de aandelen moet worden bepaald (vaststelling van de waarde), de deskundigen hun rapport (bericht) moeten opstellen en daarbij rekening moeten houden (met inachtneming daarvan) met die bestaande regels.

3. De ondernemingskamer kan in afwijking van lid 1 de benoeming van deskundigen achterwege laten, indien tussen partijen overeenstemming bestaat over de waardering van de aandelen, alsmede indien de statuten of een overeenkomst in de zin van artikel 337 lid 1 een duidelijke maatstaf voor de bepaling van de waarde van de aandelen bevatten en de ondernemingskamer aan de hand daarvan de prijs zonder meer kan vaststellen.

Dit betekent dat de ondernemingskamer, afwijkend van wat in lid 1 is bepaald, kan besluiten om geen deskundigen te benoemen (de benoeming van deskundigen achterwege laten). Dit is mogelijk als de partijen het eens zijn (overeenstemming bestaat) over de waardering van de aandelen. Het is ook mogelijk als de statuten of een overeenkomst, zoals bedoeld in artikel 337 lid 1, een heldere methode (duidelijke maatstaf) bevatten voor het bepalen van de waarde van de aandelen, en de ondernemingskamer op basis van die methode de prijs direct (zonder meer) kan vaststellen.