Artikel 30 (Vereniging zonder notariële statuten)
1. Een vereniging waarvan de statuten niet zijn opgenomen in een notariële akte, kan geen registergoederen verkrijgen en kan geen erfgenaam zijn.
2. De bestuurders zijn hoofdelijk naast de vereniging verbonden voor schulden uit een rechtshandeling die tijdens hun bestuur opeisbaar worden. Na hun aftreden zijn zij voorts hoofdelijk verbonden voor schulden, voortspruitend uit een tijdens hun bestuur verrichte rechtshandeling, voor zover daarvoor niemand ingevolge de vorige zin naast de vereniging is verbonden. Aansprakelijkheid ingevolge een der voorgaande zinnen rust niet op degene die niet tevoren over de rechtshandeling is geraadpleegd en die heeft geweigerd haar, toen zij hem bekend werd, als bestuurder voor zijn verantwoording te nemen. Ontbreken personen die ingevolge de eerste of tweede zin naast de vereniging zijn verbonden, dan zijn degenen die handelden, hoofdelijk verbonden.
3. De bestuurders van een zodanige vereniging kunnen haar doen inschrijven in het handelsregister. Indien de statuten op schrift zijn gesteld, leggen zij alsdan een afschrift daarvan ten kantore van dat register neer.
4. Heeft de inschrijving, bedoeld in het vorige lid, plaatsgevonden, dan is degene die uit hoofde van lid 2 wordt verbonden slechts aansprakelijk, voor zover de wederpartij aannemelijk maakt dat de vereniging niet aan de verbintenis zal voldoen.
Uitleg in duidelijke taal
1. Een vereniging waarvan de statuten niet zijn opgenomen in een notariële akte, kan geen registergoederen verkrijgen en kan geen erfgenaam zijn.
Dit lid betekent letterlijk dat een vereniging, waarvan de interne regels (statuten) niet zijn vastgelegd in een officieel document opgemaakt door een notaris (notariële akte), geen registergoederen (zoals onroerend goed dat in een openbaar register moet worden ingeschreven) kan verkrijgen en ook niet als erfgenaam kan optreden bij een erfenis.
2. De bestuurders zijn hoofdelijk naast de vereniging verbonden voor schulden uit een rechtshandeling die tijdens hun bestuur opeisbaar worden. Na hun aftreden zijn zij voorts hoofdelijk verbonden voor schulden, voortspruitend uit een tijdens hun bestuur verrichte rechtshandeling, voor zover daarvoor niemand ingevolge de vorige zin naast de vereniging is verbonden. Aansprakelijkheid ingevolge een der voorgaande zinnen rust niet op degene die niet tevoren over de rechtshandeling is geraadpleegd en die heeft geweigerd haar, toen zij hem bekend werd, als bestuurder voor zijn verantwoording te nemen. Ontbreken personen die ingevolge de eerste of tweede zin naast de vereniging zijn verbonden, dan zijn degenen die handelden, hoofdelijk verbonden.
- De bestuurders zijn persoonlijk en volledig (hoofdelijk) aansprakelijk, samen met de vereniging, voor schulden die voortkomen uit een rechtshandeling (zoals een overeenkomst) en die betaald moeten worden (opeisbaar worden) gedurende de periode dat zij bestuurder zijn.
- Nadat bestuurders zijn afgetreden, blijven zij hoofdelijk aansprakelijk voor schulden die zijn ontstaan uit een rechtshandeling die tijdens hun bestuursperiode is verricht. Dit geldt echter alleen als er geen andere (huidige) bestuurder op grond van de vorige zin (de eerste zin van dit lid) naast de vereniging aansprakelijk is voor die specifieke schuld.
- Een bestuurder is niet aansprakelijk op basis van de voorgaande zinnen als hij niet van tevoren is geraadpleegd over de rechtshandeling én als hij, nadat de rechtshandeling hem bekend werd, geweigerd heeft deze als bestuurder voor zijn verantwoordelijkheid te nemen.
- Als er geen personen zijn die volgens de eerste of tweede zin van dit lid naast de vereniging aansprakelijk zijn, dan zijn de personen die de rechtshandeling daadwerkelijk hebben verricht, hoofdelijk verbonden.
3. De bestuurders van een zodanige vereniging kunnen haar doen inschrijven in het handelsregister. Indien de statuten op schrift zijn gesteld, leggen zij alsdan een afschrift daarvan ten kantore van dat register neer.
Dit lid betekent letterlijk dat de bestuurders van een vereniging zoals omschreven (een vereniging zonder notariële akte voor haar statuten) de mogelijkheid hebben om de vereniging in te schrijven in het handelsregister. Als de statuten van de vereniging op schrift zijn gesteld, moeten de bestuurders op het moment van inschrijving een kopie (afschrift) van die statuten deponeren bij het kantoor van het handelsregister.
4. Heeft de inschrijving, bedoeld in het vorige lid, plaatsgevonden, dan is degene die uit hoofde van lid 2 wordt verbonden slechts aansprakelijk, voor zover de wederpartij aannemelijk maakt dat de vereniging niet aan de verbintenis zal voldoen.
Dit lid betekent letterlijk dat wanneer de inschrijving in het handelsregister (zoals bedoeld in lid 3) heeft plaatsgevonden, een persoon die op grond van lid 2 (hoofdelijk) verbonden is (aansprakelijk is), slechts aansprakelijk is voor zover de schuldeiser (wederpartij) aannemelijk maakt (voldoende kan aantonen) dat de vereniging zelf haar verplichting (verbintenis) niet zal nakomen.