Artikel 276 (Streefcijfers evenwichtige man-vrouwverdeling BV)
1. Dit artikel is van toepassing op een vennootschap die op twee opeenvolgende balansdata, zonder onderbreking nadien op twee opeenvolgende balansdata, niet heeft voldaan aan ten minste twee van de vereisten, bedoeld in artikel 397 leden 1 en 2.
2. De vennootschap stelt passende en ambitieuze doelen in de vorm van een streefcijfer vast om de verhouding tussen het aantal mannen en vrouwen in het bestuur ende raad van commissarissen, alsmede bij nader door de vennootschap te bepalen categorieën werknemers in leidinggevende functies, evenwichtiger te maken. Indien het bestuur en de raad van commissarissen bestaan uitéén persoon, kan een streefcijfer worden vastgesteld voor beide organen gezamenlijk. Indien artikel 142b lid 2 of 3 van toepassing is, behoeft voor de raad van commissarissen dan wel de niet-uitvoerende bestuurders geen streefcijfer te worden vastgesteld.
3. De vennootschap stelt een plan op om de in het vorige lid gestelde doelen te bereiken.
4. Jaarlijks binnen tien maanden na afloop van het boekjaar, rapporteert de vennootschap aan de Sociaal economische Raad over het aantal mannen en vrouwen dat aan het eind van het boekjaar deel uitmaakt van het bestuur en de raad van commissarissen, alsmede van de nader door de vennootschap te bepalen categorieën werknemers in leidinggevende functies, de doelen in de vorm van een streefcijfer, het plan om deze doelen te bereiken en als één of meer doelen niet zijn bereikt, de redenen daarvoor.
5. Een tot een groep behorende vennootschap behoeft niet te voldoen aan de leden 2 tot en met 4, mits de vennootschap die aan het hoofd staat van de groep in plaats van de groepsmaatschappij aan de uit deze leden voortvloeiende verplichtingen uitvoering geeft, al dan niet voor de betreffende groepsmaatschappijen gezamenlijk.
Details
[Vervalt op 01-01-2030. Zie het overzicht van wijzigingen]
Uitleg in duidelijke taal
1. Dit artikel is van toepassing op een vennootschap die op twee opeenvolgende balansdata, zonder onderbreking nadien op twee opeenvolgende balansdata, niet heeft voldaan aan ten minste twee van de vereisten, bedoeld in artikel 397 leden 1 en 2.
Dit lid geeft aan op welke vennootschappen dit artikel van toepassing is. Het betreft een vennootschap die, beoordeeld op twee opeenvolgende balansdata en daarna onafgebroken op twee volgende opeenvolgende balansdata, niet heeft voldaan aan minimaal twee van de vereisten die zijn genoemd in artikel 397, eerste en tweede lid. Artikel 397, eerste en tweede lid, bevat criteria om te bepalen of een vennootschap als 'groot' wordt aangemerkt.
2. De vennootschap stelt passende en ambitieuze doelen in de vorm van een streefcijfer vast om de verhouding tussen het aantal mannen en vrouwen in het bestuur ende raad van commissarissen, alsmede bij nader door de vennootschap te bepalen categorieën werknemers in leidinggevende functies, evenwichtiger te maken. Indien het bestuur en de raad van commissarissen bestaan uitéén persoon, kan een streefcijfer worden vastgesteld voor beide organen gezamenlijk. Indien artikel 142b lid 2 of 3 van toepassing is, behoeft voor de raad van commissarissen dan wel de niet-uitvoerende bestuurders geen streefcijfer te worden vastgesteld.
Dit lid bepaalt dat de vennootschap passende en ambitieuze doelen
in de vorm van een streefcijfer
moet vaststellen. Het doel hiervan is om de verhouding tussen het aantal mannen en vrouwen
in het bestuur
, de raad van commissarissen
, en in nader door de vennootschap te bepalen categorieën werknemers in leidinggevende functies
, evenwichtiger te maken
. Als het bestuur en de raad van commissarissen bestaan uit één persoon
, mag een streefcijfer worden vastgesteld voor beide organen gezamenlijk
. Indien artikel 142b lid 2 of 3 van toepassing is
(dit artikel betreft regels voor de man-vrouwverhouding in de raad van commissarissen of bij niet-uitvoerende bestuurders van bepaalde vennootschappen), dan behoeft voor de raad van commissarissen dan wel de niet-uitvoerende bestuurders geen streefcijfer te worden vastgesteld
op grond van dit artikel.
3. De vennootschap stelt een plan op om de in het vorige lid gestelde doelen te bereiken.
Dit lid verplicht de vennootschap om een plan op te stellen
. Dit plan is bedoeld om de doelen, die in het vorige lid gestelde
(lid 2) zijn, te bereiken
.
4. Jaarlijks binnen tien maanden na afloop van het boekjaar, rapporteert de vennootschap aan de Sociaal economische Raad over het aantal mannen en vrouwen dat aan het eind van het boekjaar deel uitmaakt van het bestuur en de raad van commissarissen, alsmede van de nader door de vennootschap te bepalen categorieën werknemers in leidinggevende functies, de doelen in de vorm van een streefcijfer, het plan om deze doelen te bereiken en als één of meer doelen niet zijn bereikt, de redenen daarvoor.
Jaarlijks
, binnen tien maanden na afloop van het boekjaar
, moet rapporteren aan de Sociaal economische Raad
. Deze rapportage moet informatie bevatten over:
- het
aantal mannen en vrouwen
dat aan het eind van het boekjaar deel uitmaakt van hetbestuur
en deraad van commissarissen
, en van denader door de vennootschap te bepalen categorieën werknemers in leidinggevende functies
, - de
doelen in de vorm van een streefcijfer
, - het
plan om deze doelen te bereiken
, - en,
als één of meer doelen niet zijn bereikt, de redenen daarvoor
.
5. Een tot een groep behorende vennootschap behoeft niet te voldoen aan de leden 2 tot en met 4, mits de vennootschap die aan het hoofd staat van de groep in plaats van de groepsmaatschappij aan de uit deze leden voortvloeiende verplichtingen uitvoering geeft, al dan niet voor de betreffende groepsmaatschappijen gezamenlijk.
Dit lid stelt dat een vennootschap die tot een groep behoort
(een groepsmaatschappij) niet behoeft te voldoen aan de leden 2 tot en met 4
van dit artikel. Dit is echter alleen toegestaan mits de vennootschap die aan het hoofd staat van de groep
(de moedermaatschappij) in plaats van de groepsmaatschappij
zelf, aan de uit deze leden voortvloeiende verplichtingen uitvoering geeft
. Deze uitvoering door de hoofdonderneming mag al dan niet voor de betreffende groepsmaatschappijen gezamenlijk
plaatsvinden.