Artikel 24c (Definitie deelneming rechtspersoon en vennootschap)
1. Een rechtspersoon of vennootschap heeft een deelneming in een rechtspersoon, indien hij of een of meer van zijn dochtermaatschappijen alleen of samen voor eigen rekening aan die rechtspersoon kapitaal verschaffen of doen verschaffen teneinde met die rechtspersoon duurzaam verbonden te zijn ten dienste van de eigen werkzaamheid. Indien een vijfde of meer van het geplaatste kapitaal wordt verschaft, wordt het bestaan van een deelneming vermoed.
2. Een rechtspersoon heeft een deelneming in een vennootschap, indien hij of een dochtermaatschappij:
a. daarin als vennoot jegens schuldeisers volledig aansprakelijk is voor de schulden; of b. daarin anderszins vennoot is teneinde met die vennootschap duurzaam verbonden te zijn ten dienste van de eigen werkzaamheid.
Uitleg in duidelijke taal
1. Een rechtspersoon of vennootschap heeft een deelneming in een rechtspersoon, indien hij of een of meer van zijn dochtermaatschappijen alleen of samen voor eigen rekening aan die rechtspersoon kapitaal verschaffen of doen verschaffen teneinde met die rechtspersoon duurzaam verbonden te zijn ten dienste van de eigen werkzaamheid. Indien een vijfde of meer van het geplaatste kapitaal wordt verschaft, wordt het bestaan van een deelneming vermoed.
Dit lid bepaalt wanneer een rechtspersoon of vennootschap een deelneming heeft in een andere rechtspersoon. Dit is het geval indien de rechtspersoon of vennootschap zelf, of een of meer van zijn dochtermaatschappijen, alleen of gezamenlijk, voor eigen rekening kapitaal verstrekt (verschaffen) of laat verstrekken (doen verschaffen) aan die andere rechtspersoon. De voorwaarde hierbij is dat dit gebeurt met het doel (teneinde) om duurzaam verbonden te zijn met die andere rechtspersoon, en dat deze verbondenheid ten dienste staat van de eigen werkzaamheid van de verschaffende partij. Het lid voegt toe dat indien een vijfde (20%) of meer van het geplaatste kapitaal wordt verschaft, er een vermoeden (vermoed) bestaat dat er sprake is van een deelneming.
2. Een rechtspersoon heeft een deelneming in een vennootschap, indien hij of een dochtermaatschappij:
Dit lid stelt dat een rechtspersoon een deelneming in een vennootschap heeft, wanneer die rechtspersoon zelf, of een dochtermaatschappij van die rechtspersoon, voldoet aan een van de onderstaande voorwaarden:
a. daarin als vennoot jegens schuldeisers volledig aansprakelijk is voor de schulden; of
Dit sublid specificeert dat er sprake is van een deelneming als de rechtspersoon of diens dochtermaatschappij in de vennootschap optreedt als vennoot en in die hoedanigheid ten opzichte van (jegens) schuldeisers volledig aansprakelijk is voor de schulden van de vennootschap; of
b. daarin anderszins vennoot is teneinde met die vennootschap duurzaam verbonden te zijn ten dienste van de eigen werkzaamheid.
Dit sublid geeft aan dat er ook sprake is van een deelneming als de rechtspersoon of diens dochtermaatschappij op een andere manier (anderszins) vennoot is in de vennootschap, met het doel (teneinde) om met die vennootschap een duurzame verbondenheid aan te gaan die nuttig is voor (ten dienste van) de eigen werkzaamheid van de rechtspersoon.