Burgerlijk Wetboek Boek 2

Wijziging van een bepaling der statuten, waarbij aan een ander dan aan aandeelhouders der vennootschap als zodanig enig recht is toegekend, kan indien de gerechtigde in de wijziging niet toestemt, aan diens recht geen nadeel toebrengen; tenzij ten tijde van de toekenning van het recht de bevoegdheid tot wijziging bij die bepaling uitdrukkelijk was voorbehouden.

Dit artikel bepaalt dat een wijziging van een bepaling in de statuten, waardoor een recht is toegekend aan iemand anders dan de aandeelhouders van de vennootschap (in hun hoedanigheid als aandeelhouder), geen nadeel mag toebrengen aan het recht van die ander, indien de gerechtigde niet instemt met de wijziging. Dit geldt niet, en de wijziging kan dus wel nadelig zijn, als op het moment dat het recht werd toegekend, de bevoegdheid om die specifieke bepaling te wijzigen uitdrukkelijk was voorbehouden in die bepaling zelf.