Artikel 454 (Plichten en aansprakelijkheid mentor)
1. De mentor is gehouden degene ten behoeve van wie het mentorschap is ingesteld zo veel mogelijk bij de vervulling van zijn taak te betrekken. De mentor bevordert dat de betrokkene rechtshandelingen en andere handelingen zelf verricht, indien deze tot een redelijke waardering van zijn belangen ter zake in staat kan worden geacht. Hij betracht de zorg van een goed mentor.
2. De mentor is jegens de betrokkene aansprakelijk, indien hij in de zorg van een goed mentor te kort schiet, tenzij de tekortkoming hem niet kan worden toegerekend.
Uitleg in duidelijke taal
1. De mentor is gehouden degene ten behoeve van wie het mentorschap is ingesteld zo veel mogelijk bij de vervulling van zijn taak te betrekken. De mentor bevordert dat de betrokkene rechtshandelingen en andere handelingen zelf verricht, indien deze tot een redelijke waardering van zijn belangen ter zake in staat kan worden geacht. Hij betracht de zorg van een goed mentor.
Dit betekent dat de mentor gehouden is de persoon, ten behoeve van wie het mentorschap is ingesteld, zo veel mogelijk te betrekken bij de vervulling van zijn taak. De mentor bevordert dat de betrokkene zelf rechtshandelingen en andere handelingen verricht, indien deze persoon tot een redelijke waardering van zijn belangen ter zake in staat kan worden geacht. De mentor betracht de zorg van een goed mentor.
2. De mentor is jegens de betrokkene aansprakelijk, indien hij in de zorg van een goed mentor te kort schiet, tenzij de tekortkoming hem niet kan worden toegerekend.
Dit betekent dat de mentor jegens de betrokkene aansprakelijk is, indien hij in de zorg van een goed mentor te kort schiet. Dit geldt echter niet (tenzij) als de tekortkoming hem niet kan worden toegerekend.