Burgerlijk Wetboek Boek 1

a. hun geslachtsnaam, voornamen, woonplaats en geboortegegevens, alsmede een verklaring dat zij elkaar niet als bloedverwanten bestaan in de derde of vierde graad in de zijlinie, dan wel een beëdigde verklaring als bedoeld in artikel 41a;

Dit houdt in dat zij hun geslachtsnaam, voornamen, woonplaats en geboortegegevens moeten verstrekken. Bovendien moeten zij een verklaring afleggen waarin staat dat zij geen bloedverwanten van elkaar zijn in de derde of vierde graad in de zijlinie, of zij moeten een beëdigde verklaring overleggen zoals omschreven in artikel 41a.

b. indien toestemming tot het aangaan van een huwelijk is vereist, de gegevens van degenen wier toestemming noodzakelijk is, dan wel het bewijs dat deze hun toestemming hebben verleend. De toestemming kan ook ter gelegenheid van de huwelijksvoltrekking worden gegeven. Is de toestemming door de rechter verleend, dan verifieert de ambtenaar het bestaan daarvan bij de betrokken griffie;

Dit betekent dat als toestemming voor het aangaan van een huwelijk vereist is, de gegevens moeten worden verstrekt van de personen wier toestemming noodzakelijk is. Ook kan het bewijs worden geleverd dat deze personen hun toestemming hebben verleend. De toestemming kan eveneens worden gegeven op het moment van de huwelijksvoltrekking. Als de rechter toestemming heeft verleend, controleert de ambtenaar van de burgerlijke stand bij de desbetreffende griffie of deze toestemming daadwerkelijk bestaat.

c. de overlijdensgegevens van allen wier toestemming voor het huwelijk was vereist, als zij in leven waren geweest;

Dit vereist de verstrekking van de overlijdensgegevens van alle personen van wie toestemming voor het huwelijk nodig zou zijn geweest, indien zij nog in leven waren.

d. de gegevens inzake ontbinding van eventuele eerdere huwelijken of geregistreerde partnerschappen;

Dit betreft het verstrekken van gegevens met betrekking tot de ontbinding van eventuele voorgaande huwelijken of geregistreerde partnerschappen.

e. in geval van stuiting, de gegevens inzake de opheffing daarvan;

Dit houdt in dat, indien er sprake is van stuiting van het huwelijk, de gegevens betreffende de opheffing van die stuiting moeten worden overgelegd.

f. de ontheffing of de vergunning van Onze Minister van Justitie, ingeval deze is vereist;

Dit betekent dat de ontheffing of de vergunning van Onze Minister van Justitie moet worden verstrekt, in het geval dat deze vereist is.

g. een vrijstelling krachtens artikel 62, indien deze is verkregen;

Dit vereist het overleggen van een vrijstelling die is verkregen op grond van artikel 62, indien dit het geval is.

h. de namen en adressen van de personen die als getuigen bij de voltrekking van het huwelijk aanwezig zullen zijn;

Dit houdt in dat de namen en adressen moeten worden opgegeven van de personen die als getuigen aanwezig zullen zijn bij de voltrekking van het huwelijk.

i. ingeval een aanstaande echtgenoot niet de Nederlandse nationaliteit bezit of rechtmatig in Nederland verblijft als bedoeld in artikel 8, onder b, d of e, van de Vreemdelingenwet 2000, een verklaring dat het voornemen om in het huwelijk te treden niet wordt aangegaan met het oogmerk om verblijfsrecht in Nederland te verkrijgen, alsmede een verklaring omtrent het verblijfsrecht van de aanstaande echtgenoot die niet de Nederlandse nationaliteit bezit;

Dit betekent dat indien een aanstaande echtgenoot niet de Nederlandse nationaliteit bezit of niet rechtmatig in Nederland verblijft zoals bepaald in artikel 8, onderdelen b, d, of e, van de Vreemdelingenwet 2000, er een verklaring moet worden afgelegd. Deze verklaring dient te bevestigen dat het voornemen om in het huwelijk te treden niet is aangegaan met de intentie om verblijfsrecht in Nederland te verkrijgen. Daarnaast moet er een verklaring worden afgelegd over het verblijfsrecht van de aanstaande echtgenoot die niet de Nederlandse nationaliteit bezit.

j. de naam van de gemeente in Nederland waar het huwelijk zal worden voltrokken.

Dit vereist het opgeven van de naam van de gemeente in Nederland waar de huwelijksvoltrekking zal plaatsvinden.

2. Wanneer de aanstaande echtgenoten, van wie ten minste één de Nederlandse nationaliteit bezit, buiten Nederland hun woonplaats hebben, kunnen zij zich ten behoeve van hun voornemen om in het huwelijk te treden uitsluitend tot de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente ’s-Gravenhage wenden.

Dit lid bepaalt dat indien de aanstaande echtgenoten, van wie ten minste één de Nederlandse nationaliteit bezit, hun woonplaats buiten Nederland hebben, zij zich voor het kenbaar maken van hun voornemen om in het huwelijk te treden uitsluitend moeten wenden tot de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente ’s-Gravenhage.