Artikel 395a (Onderhoudsplicht ouders stiefouders jongvolwassenen)
1. Ouders zijn verplicht te voorzien in de kosten van levensonderhoud en studie van hun meerderjarige kinderen die de leeftijd van een en twintig jaren niet hebben bereikt.
2. Een stiefouder is gedurende zijn huwelijk of zijn geregistreerd partnerschap jegens de tot zijn gezin behorende meerderjarige kinderen van zijn echtgenoot of geregistreerde partner die de leeftijd van een en twintig jaren niet hebben bereikt, verplicht te voorzien in de bij het vorige lid bedoelde kosten.
Uitleg in duidelijke taal
1. Ouders zijn verplicht te voorzien in de kosten van levensonderhoud en studie van hun meerderjarige kinderen die de leeftijd van een en twintig jaren niet hebben bereikt.
Dit lid bepaalt dat ouders de plicht hebben om te voorzien in de kosten van levensonderhoud en studie van hun meerderjarige kinderen die de leeftijd van eenentwintig jaren nog niet hebben bereikt.
2. Een stiefouder is gedurende zijn huwelijk of zijn geregistreerd partnerschap jegens de tot zijn gezin behorende meerderjarige kinderen van zijn echtgenoot of geregistreerde partner die de leeftijd van een en twintig jaren niet hebben bereikt, verplicht te voorzien in de bij het vorige lid bedoelde kosten.
Dit lid stelt dat een stiefouder, gedurende de periode van zijn huwelijk of zijn geregistreerd partnerschap, verplicht is te voorzien in de kosten van levensonderhoud en studie (zoals bedoeld in het eerste lid) voor de meerderjarige kinderen van zijn echtgenoot of geregistreerde partner. Deze verplichting geldt voor kinderen die tot het gezin van de stiefouder behoren en de leeftijd van eenentwintig jaren nog niet hebben bereikt.
Gerelateerde rechtspraak
ECLI:NL:HR:2005:AR5213 - Hoge Raad - 17 maart 2005
ECLI:NL:HR:2016:2234 - Onderhoudsplicht ouders voor jongmeerderjarigen: behoeftigheid is geen vereiste - 29 september 2016
De Hoge Raad oordeelt dat bij het vaststellen van de onderhoudsplicht voor jongmeerderjarigen (18-21 jaar) de behoeftigheid van het kind geen rol speelt. Ouders zijn onderhoudsplichtig, ook als het kind in eigen levensonderhoud zou kunnen voorzien. Dit volgt uit artikel 1:395a jo. 1:392 lid 2 BW.
ECLI:NL:HR:2006:AZ0428 - Hoge Raad - 9 november 2006
ECLI:NL:HR:2025:724 - Alimentatie jongmeerderjarige geen nevenvoorziening of voorlopige voorziening bij echtscheiding - 8 mei 2025
De Hoge Raad oordeelt dat een bijdrage voor een jongmeerderjarige (18-20 jaar) geen voorlopige voorziening (art. 822 Rv) of nevenvoorziening (art. 827 Rv) kan zijn in de echtscheidingsprocedure van de ouders. Het is een eigen aanspraak van het kind, niet een voorziening tussen de echtgenoten.