Terug naar bibliotheek
Boek 1. Personen- en familierecht
Titel 17. Levensonderhoud
Afdeling 1. Algemene bepalingen
Artikel 394

Artikel 394 (Onderhoudsplicht verwekker en levensgezel moeder)

Laatste versie

De verwekker van een kind dat alleen een moeder heeft, alsmede de persoon die als levensgezel van de moeder ingestemd heeft met een daad die de verwekking van het kind tot gevolg kan hebben gehad, is als ware hij ouder verplicht tot het voorzien in de kosten van verzorging en opvoeding van het kind dan wel, na het bereiken van de meerderjarigheid van het kind, tot het voorzien in de kosten van levensonderhoud en studie overeenkomstig de artikelen 395a en 395b. Nadien bestaat deze verplichting slechts in geval van behoeftigheid van het kind.

Uitleg in duidelijke taal

De verwekker van een kind dat alleen een moeder heeft, alsmede de persoon die als levensgezel van de moeder ingestemd heeft met een daad die de verwekking van het kind tot gevolg kan hebben gehad, is als ware hij ouder verplicht tot het voorzien in de kosten van verzorging en opvoeding van het kind dan wel, na het bereiken van de meerderjarigheid van het kind, tot het voorzien in de kosten van levensonderhoud en studie overeenkomstig de artikelen 395a en 395b. Nadien bestaat deze verplichting slechts in geval van behoeftigheid van het kind.

Dit artikel bepaalt dat de verwekker van een kind dat wettelijk alleen een moeder heeft, alsook de persoon die als levensgezel van de moeder ingestemd heeft met een daad die de verwekking van het kind tot gevolg kan hebben gehad, als ware hij ouder verplicht is tot het voorzien in bepaalde kosten. Deze verplichting omvat:

  1. De kosten van verzorging en opvoeding van het kind (zolang het kind minderjarig is).
  2. Dan wel, nadat het kind de meerderjarigheid heeft bereikt, de kosten van levensonderhoud en studie overeenkomstig de artikelen 395a en 395b.

Nadien (dat wil zeggen, na de periode waarin voorzien wordt in levensonderhoud en studie voor het meerderjarige kind) bestaat deze verplichting slechts in geval van behoeftigheid van het kind (als het kind niet zelf in zijn levensonderhoud kan voorzien).

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad24x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2001:ZC3598

ECLI:NL:HR:2001:ZC359810 augustus 2001Dit wetsartikel wordt 7 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtPersonen En Familierecht
Internationaal PubliekrechtMensenrechten
Hoge Raad1x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2009:BH2250

ECLI:NL:HR:2009:BH225026 juni 2009Dit wetsartikel wordt 12 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad8x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2007:AZ6098

ECLI:NL:HR:2007:AZ609813 april 2007Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad4x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2023:1480 - Kinderalimentatie: draagkracht in beginsel gelijkelijk verdelen over alle kinderen

ECLI:NL:HR:2023:148027 oktober 2023Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad benadrukt dat bij onvoldoende draagkracht voor kinderen uit verschillende relaties, het beschikbare bedrag in beginsel gelijkelijk moet worden verdeeld. Een ongelijke verdeling, zonder deugdelijke motivering van bijzondere omstandigheden, is niet toegestaan.

Hoge Raad2x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:1996:AA1778

ECLI:NL:HR:1996:AA177827 november 1996Dit wetsartikel wordt 3 keer genoemd in deze uitspraak
BelastingrechtInkomstenbelasting, Procesrecht Belastingen
Civiel RechtPersonen En Familierecht
Hoge Raad3x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2011:BO9841

ECLI:NL:HR:2011:BO984118 februari 2011Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:2011:BQ0479

ECLI:NL:HR:2011:BQ04798 april 2011Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:1992:ZC0566

ECLI:NL:HR:1992:ZC05663 april 1992Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak