Artikel 296 (Benoeming tijdelijke voogd door rechter)
1. Is voorziening nodig in afwachting van het begin der voogdij overeenkomstig artikel 280 van dit boek, dan benoemt de rechtbank een voogd voor de duur van deze omstandigheden.
2. Zodra bedoelde omstandigheden zijn vervallen, wordt deze voogd op verzoek van hem die hij vervangt, door de rechtbank ontslagen.
Uitleg in duidelijke taal
1. Is voorziening nodig in afwachting van het begin der voogdij overeenkomstig artikel 280 van dit boek, dan benoemt de rechtbank een voogd voor de duur van deze omstandigheden.
Dit betekent letterlijk: Als er een maatregel (voorziening) getroffen moet worden in de periode dat men wacht op de aanvang van de voogdij zoals geregeld in artikel 280 van dit Burgerlijk Wetboek, dan wijst de rechtbank een voogd aan die deze taak vervult zolang deze specifieke omstandigheden duren.
2. Zodra bedoelde omstandigheden zijn vervallen, wordt deze voogd op verzoek van hem die hij vervangt, door de rechtbank ontslagen.
Dit betekent letterlijk: Wanneer de genoemde omstandigheden die de tijdelijke voogdij noodzakelijk maakten niet meer bestaan (zijn vervallen), dan zal de rechtbank deze tijdelijke voogd ontslaan. Dit ontslag vindt plaats op verzoek van de persoon (bijvoorbeeld de ouder of de beoogde voogd) die door de tijdelijke voogd werd vervangen.