Terug naar bibliotheek
Boek 1. Personen- en familierecht
Titel 1. Algemene bepalingen
Artikel 2

Artikel 2 (Ongeboren kind: als geboren aangemerkt, doodgeboorte)

Laatste versie

Het kind waarvan een vrouw zwanger is wordt als reeds geboren aangemerkt, zo dikwijls zijn belang dit vordert. Komt het dood ter wereld, dan wordt het geacht nooit te hebben bestaan.

Uitleg in duidelijke taal

Het kind waarvan een vrouw zwanger is wordt als reeds geboren aangemerkt, zo dikwijls zijn belang dit vordert. Komt het dood ter wereld, dan wordt het geacht nooit te hebben bestaan.

Dit artikel bepaalt dat het kind waarvan een vrouw zwanger is, wordt als reeds geboren aangemerkt in de gevallen waarin zijn belang dit vordert. Indien het kind dood ter wereld komt, dan wordt het geacht nooit te hebben bestaan.

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad60x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2005:AR5213 - Hoge Raad - 17 maart 2005

ECLI:NL:HR:2005:AR521317 maart 2005Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Civiel RechtGezondheidsrecht, Letselschaderecht, Verbintenissenrecht, Personen en Familierecht
Hoge Raad5x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2019:1246 - Niet-ontvankelijkheid cassatieberoep onteigeningszaak door termijnoverschrijding en verduidelijking begrip overheidswerk - 18 juli 2019

ECLI:NL:HR:2019:124618 juli 2019Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak

Het cassatieberoep in een onteigeningszaak is niet-ontvankelijk wegens overschrijding van de fatale termijn van artikel 53 lid 1 Ow. Ten overvloede verduidelijkt de Hoge Raad dat de eliminatieregel van artikel 40c Ow, zoals uitgelegd in het Perkpolder-arrest, alleen geldt voor werken voor rekening en risico van de overheid.

Hoge Raad13x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2018:1988 - Faillissementsrecht: Staat als enige schuldeiser en het pluraliteitsvereiste - 25 oktober 2018

ECLI:NL:HR:2018:198825 oktober 2018Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad oordeelt dat verschillende vorderingen van onderdelen van de Staat, zoals de Belastingdienst, niet voldoen aan het pluraliteitsvereiste voor een faillietverklaring. Aangezien de Staat één rechtspersoon is, gelden vorderingen van zijn onderdelen als vorderingen van één en dezelfde schuldeiser.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant

ECLI:NL:RBZWB:2024:5155 - Rechtbank Zeeland-West-Brabant - 20 maart 2024

ECLI:NL:RBZWB:2024:515520 maart 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Den Haag

ECLI:NL:RBDHA:2024:2564 - Rechtbank Den Haag - 28 februari 2024

ECLI:NL:RBDHA:2024:256428 februari 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Zeeland-West-Brabant

ECLI:NL:RBZWB:2023:9603 - Rechtbank Zeeland-West-Brabant - 20 december 2023

ECLI:NL:RBZWB:2023:960320 december 2023Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Noord-Nederland

ECLI:NL:RBNNE:2024:3581 - Rechtbank Noord-Nederland - 13 augustus 2024

ECLI:NL:RBNNE:2024:358113 augustus 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Zeeland-West-Brabant

ECLI:NL:RBZWB:2024:3711 - Rechtbank Zeeland-West-Brabant - 14 mei 2024

ECLI:NL:RBZWB:2024:371114 mei 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Zeeland-West-Brabant

ECLI:NL:RBZWB:2024:780 - Rechtbank Zeeland-West-Brabant - 6 februari 2024

ECLI:NL:RBZWB:2024:7806 februari 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Den Haag

ECLI:NL:RBDHA:2024:1077 - Rechtbank Den Haag - 31 januari 2024

ECLI:NL:RBDHA:2024:107731 januari 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak