Artikel 101 (Overname persoonlijke goederen na ontbinding gemeenschap)
Na de ontbinding der gemeenschap heeft ieder der echtgenoten de bevoegdheid de te zijnen gebruike strekkende kleren en kleinodiën, alsmede zijn beroeps- en bedrijfsmiddelen en de papieren en gedenkstukken tot zijn familie behorende, tegen de geschatte prijs over te nemen.
Uitleg in duidelijke taal
Na de ontbinding der gemeenschap heeft ieder der echtgenoten de bevoegdheid de te zijnen gebruike strekkende kleren en kleinodiën, alsmede zijn beroeps- en bedrijfsmiddelen en de papieren en gedenkstukken tot zijn familie behorende, tegen de geschatte prijs over te nemen.
Dit artikel betekent dat nadat de gemeenschap van goederen is ontbonden, elk van de echtgenoten het recht (de bevoegdheid) heeft om specifieke goederen over te nemen. Het betreft kleren en kleinodiën (persoonlijke sieraden of kostbaarheden) die voor zijn of haar eigen gebruik dienen (te zijnen gebruike strekkende). Eveneens geldt dit recht voor zijn of haar beroeps- en bedrijfsmiddelen. Ten slotte omvat dit de papieren en gedenkstukken die tot zijn of haar familie behoren. Deze overname vindt plaats tegen de getaxeerde (geschatte) prijs van deze goederen.