Burgerlijk Wetboek Boek 7

1. De overeenkomst van goederenkrediet wordt op papier of op een andere duurzame drager aangegaan. Een volmacht tot het aangaan van een zodanige overeenkomst moet eveneens op papier of op een andere duurzame drager worden verleend.

Dit betekent dat de overeenkomst van goederenkrediet schriftelijk, dus op papier, of op een ander medium dat informatie voor langere tijd ongewijzigd kan bewaren (een andere duurzame drager), moet worden gesloten. Een machtiging (volmacht) om een dergelijke overeenkomst te sluiten, moet op dezelfde wijze, dus op papier of op een andere duurzame drager, worden gegeven.

2. De kredietgever verstrekt aan de kredietnemer een exemplaar van de kredietovereenkomst en behoudt zelf ook een exemplaar dan wel, in geval de kredietovereenkomst bestaat uit samenstel van overeenkomsten als bedoeld in artikel 84, eerste lid, een exemplaar van die overeenkomsten.

Dit houdt in dat de kredietverstrekker (kredietgever) aan de kredietontvanger (kredietnemer) een kopie (exemplaar) van de kredietovereenkomst moet geven. De kredietgever moet zelf ook een kopie bewaren. Indien de kredietovereenkomst is opgebouwd uit een combinatie van meerdere overeenkomsten (een samenstel van overeenkomsten) zoals omschreven in artikel 84, eerste lid, dan moet de kredietgever een kopie van al die afzonderlijke overeenkomsten verstrekken en bewaren.

3. De kredietovereenkomst moet in elk geval bevatten de gehele kredietsom en een plan van regelmatige afbetaling. In geval van een eigendomsvoorbehoud met betrekking tot de zaak waarop de overeenkomst betrekking heeft, moet de kredietovereenkomst tevens de bedingen bevatten over dit voorbehoud en de overgang van de eigendom.

Dit betekent dat de kredietovereenkomst ten minste de volledige som van het krediet (de gehele kredietsom) en een schema voor de regelmatige terugbetaling (een plan van regelmatige afbetaling) moet vermelden. Als er een eigendomsvoorbehoud geldt voor de zaak die het onderwerp van de overeenkomst is (wat inhoudt dat de eigendom pas later overgaat), dan moet de kredietovereenkomst ook de specifieke afspraken (bedingen) over dit voorbehoud en de wijze waarop de eigendom uiteindelijk overgaat (de overgang van de eigendom) bevatten.

4. In geval van koop op afbetaling dient de kredietovereenkomst de gehele en door partijen afgesproken koopprijs te vermelden.

Dit houdt in dat wanneer er sprake is van een koop op afbetaling, de kredietovereenkomst de volledige koopprijs moet specificeren die door de betrokken partijen is overeengekomen.

5. Indien in een kredietovereenkomst terzake huurkoop de bedingen betreffende het eigendomsvoorbehoud en overgang van de eigendom ontbreken, geldt de overeenkomst als een koop op afbetaling zonder eigendomsvoorbehoud.

Dit betekent dat als in een kredietovereenkomst die betrekking heeft op huurkoop, de afspraken (bedingen) over het eigendomsvoorbehoud en de overdracht van de eigendom (overgang van de eigendom) niet zijn opgenomen (ontbreken), de overeenkomst dan wordt beschouwd als (geldt als) een koop op afbetaling waarbij er geen eigendomsvoorbehoud van toepassing is.