Terug naar bibliotheek
Boek 7. Bijzondere overeenkomsten
Titel 12. Aanneming van werk
Afdeling 2. Bijzondere bepalingen voor de bouw van een woning in opdracht van een natuurlijk persoon die niet handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf
Artikel 766

Artikel 766 (Schriftelijkheid en bedenktijd bouw woning consument)

Laatste versie

1. Een overeenkomst als bedoeld in artikel 765 wordt schriftelijk aangegaan.

2. De tussen partijen opgemaakte akte of een afschrift daarvan moet aan de opdrachtgever ter hand worden gesteld, desverlangd tegen afgifte aan de aannemer van een gedateerd ontvangstbewijs. Gedurende drie dagen na deze terhandstelling heeft de opdrachtgever het recht de overeenkomst te ontbinden. Komt, nadat de opdrachtgever van dit recht gebruik gemaakt heeft, binnen zes maanden tussen dezelfde partijen met betrekking tot dezelfde te bouwen woning opnieuw een overeenkomst tot stand, dan ontstaat het recht niet opnieuw.

3. De leden 1–2 zijn niet van toepassing indien de overeenkomst strekt tot de bouw van een woning op grond die de opdrachtgever reeds toebehoort, en de overeenkomst niet met de koop van deze grond in verband staat.

Uitleg in duidelijke taal

1. Een overeenkomst als bedoeld in artikel 765 wordt schriftelijk aangegaan.

Dit betekent dat een overeenkomst, zoals omschreven in artikel 765 (dat betrekking heeft op de bouw van een woning in opdracht van een natuurlijk persoon die niet handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf), schriftelijk moet worden vastgelegd.

2. De tussen partijen opgemaakte akte of een afschrift daarvan moet aan de opdrachtgever ter hand worden gesteld, desverlangd tegen afgifte aan de aannemer van een gedateerd ontvangstbewijs. Gedurende drie dagen na deze terhandstelling heeft de opdrachtgever het recht de overeenkomst te ontbinden. Komt, nadat de opdrachtgever van dit recht gebruik gemaakt heeft, binnen zes maanden tussen dezelfde partijen met betrekking tot dezelfde te bouwen woning opnieuw een overeenkomst tot stand, dan ontstaat het recht niet opnieuw.

Dit lid bepaalt dat de akte die door de partijen is opgesteld, of een kopie (afschrift) daarvan, aan de opdrachtgever moet worden overhandigd (ter hand worden gesteld). Indien de aannemer dit wenst (desverlangd), kan hij van de opdrachtgever een ontvangstbewijs met datum vragen als bewijs van overhandiging. Na deze overhandiging heeft de opdrachtgever gedurende een periode van drie dagen het recht om de overeenkomst te beëindigen (ontbinden). Indien de opdrachtgever van dit recht tot ontbinding gebruik heeft gemaakt, en er vervolgens binnen een termijn van zes maanden opnieuw een overeenkomst tot stand komt tussen dezelfde partijen met betrekking tot exact dezelfde te bouwen woning, dan heeft de opdrachtgever niet nogmaals het recht om de overeenkomst op deze grond te ontbinden.

3. De leden 1–2 zijn niet van toepassing indien de overeenkomst strekt tot de bouw van een woning op grond die de opdrachtgever reeds toebehoort, en de overeenkomst niet met de koop van deze grond in verband staat.

Dit betekent dat de regels genoemd in lid 1 (de eis van een schriftelijke overeenkomst) en lid 2 (het recht op ontbinding binnen drie dagen) niet van toepassing zijn in de situatie waarin de overeenkomst uitsluitend de bouw van een woning betreft op grond die al eigendom is van de opdrachtgever, en deze bouwovereenkomst geen onderdeel uitmaakt van of direct verband houdt met de aankoop van die grond door de opdrachtgever.

Rechtspraak waarin dit artikel wordt benoemd

1 uitspraak gevonden