Artikel 277 (Heropzegging huur na rechterlijke verlenging)
1. Indien de rechter de huurovereenkomst heeft verlengd, kan de verhuurder de overeenkomst opnieuw met inachtneming van artikel 271 en van de in lid 2 vermelde termijnen opzeggen en overeenkomstig de artikelen 272 tot en met 274g vorderen dat de rechter het tijdstip zal vaststellen, waarop de overeenkomst zal eindigen.
2. Indien de rechter de overeenkomst voor onbepaalde tijd heeft verlengd, kan de verhuurder haar niet eerder opnieuw opzeggen dan drie jaren nadat deze beslissing onherroepelijk is geworden. Indien de rechter de overeenkomst voor bepaalde tijd heeft verlengd, kan de verhuurder haar niet eerder opzeggen dan drie maanden voor het einde van de tijd waarvoor is verlengd.
Uitleg in duidelijke taal
1. Indien de rechter de huurovereenkomst heeft verlengd, kan de verhuurder de overeenkomst opnieuw met inachtneming van artikel 271 en van de in lid 2 vermelde termijnen opzeggen en overeenkomstig de artikelen 272 tot en met 274g vorderen dat de rechter het tijdstip zal vaststellen, waarop de overeenkomst zal eindigen.
Dit betekent dat als de rechter heeft besloten de huurovereenkomst te verlengen, de verhuurder de mogelijkheid heeft om de huurovereenkomst nogmaals op te zeggen. Dit moet gebeuren met inachtneming van de bepalingen in artikel 271 en de termijnen die in lid 2 van dit artikel worden genoemd. Bovendien kan de verhuurder, conform de artikelen 272 tot en met 274g, bij de rechter vorderen dat deze een specifieke einddatum voor de huurovereenkomst vaststelt.
2. Indien de rechter de overeenkomst voor onbepaalde tijd heeft verlengd, kan de verhuurder haar niet eerder opnieuw opzeggen dan drie jaren nadat deze beslissing onherroepelijk is geworden. Indien de rechter de overeenkomst voor bepaalde tijd heeft verlengd, kan de verhuurder haar niet eerder opzeggen dan drie maanden voor het einde van de tijd waarvoor is verlengd.
- Als de rechter de huurovereenkomst voor onbepaalde tijd heeft verlengd, mag de verhuurder de overeenkomst pas opnieuw opzeggen nadat er drie jaren zijn verstreken sinds de beslissing van de rechter definitief (onherroepelijk) is geworden.
- Als de rechter de huurovereenkomst voor een bepaalde, afgesproken tijd heeft verlengd, mag de verhuurder de overeenkomst niet eerder opzeggen dan drie maanden vóór het verstrijken van deze verlengde periode.