Terug naar bibliotheek
Boek 7. Bijzondere overeenkomsten
Titel 4. Huur
Afdeling 3. De verplichtingen van de huurder
Artikel 214Artikel 214 (Gebruik gehuurde zaak door huurder)
Laatste versie
De huurder is slechts bevoegd tot het gebruik van de zaak dat is overeengekomen, en, zo daaromtrent niets is overeengekomen, tot het gebruik waartoe de zaak naar zijn aard bestemd is.
Uitleg in duidelijke taal
De huurder is slechts bevoegd tot het gebruik van de zaak dat is overeengekomen, en, zo daaromtrent niets is overeengekomen, tot het gebruik waartoe de zaak naar zijn aard bestemd is.
Dit betekent letterlijk dat de huurder de zaak alleen mag gebruiken op de manier die met de verhuurder is afgesproken. Als er geen specifieke afspraken zijn gemaakt over het gebruik, dan mag de huurder de zaak gebruiken voor het doel waarvoor de zaak, gelet op zijn aard, normaal gesproken bedoeld is.