Terug naar bibliotheek
Boek 5. Zakelijke rechten
Titel 9. Appartementsrechten
Afdeling 1. Algemene bepalingen
Artikel 123

Artikel 123 (Vruchtgebruik appartementsrecht aansprakelijkheid stemrecht)

Laatste versie

1. In geval van vruchtgebruik van een appartementsrecht treedt de vruchtgebruiker in de plaats van de appartementseigenaar ten aanzien van de aansprakelijkheid voor de gezamenlijke schulden en de aan de gezamenlijke appartementseigenaars en de vereniging van eigenaars verschuldigde bijdragen. De vruchtgebruiker is echter bevoegd de door hem betaalde bedragen, voor zover zij niet betrekking hebben op de gewone lasten en herstellingen, bij het einde van het vruchtgebruik van de appartementseigenaar terug te vorderen.

2. Wanneer de appartementseigenaar schulden of bijdragen als bedoeld in lid 1 heeft voldaan, kan hij van de vruchtgebruiker vorderen dat deze hem de betaalde bedragen, vermeerderd met de rente vanaf de dag der betaling, teruggeeft voor zover zij op gewone lasten en herstellingen betrekking hebben. Van de andere door de appartementseigenaar betaalde bedragen is de vruchtgebruiker slechts de rente van de dag der betaling tot het einde van het vruchtgebruik verschuldigd.

3. Tenzij bij de instelling van het vruchtgebruik anders wordt bepaald wordt het aan een appartementsrecht verbonden stemrecht in de vergadering van eigenaars uitgeoefend door de vruchtgebruiker.

4. Artikel 122 en artikel 113 lid 5, tweede volzin, zijn van overeenkomstige toepassing bij de vestiging, bij overdracht en bij het einde van het vruchtgebruik van een appartementsrecht.

Uitleg in duidelijke taal

1. In geval van vruchtgebruik van een appartementsrecht treedt de vruchtgebruiker in de plaats van de appartementseigenaar ten aanzien van de aansprakelijkheid voor de gezamenlijke schulden en de aan de gezamenlijke appartementseigenaars en de vereniging van eigenaars verschuldigde bijdragen. De vruchtgebruiker is echter bevoegd de door hem betaalde bedragen, voor zover zij niet betrekking hebben op de gewone lasten en herstellingen, bij het einde van het vruchtgebruik van de appartementseigenaar terug te vorderen.

Dit betekent letterlijk dat wanneer er sprake is van vruchtgebruik op een appartementsrecht, de vruchtgebruiker de positie van de appartementseigenaar inneemt met betrekking tot de aansprakelijkheid voor de gezamenlijke schulden. Dit geldt ook voor de bijdragen die verschuldigd zijn aan de gezamenlijke appartementseigenaars en aan de vereniging van eigenaars. De vruchtgebruiker heeft echter het recht (is bevoegd) om de bedragen die hij heeft betaald, en die geen betrekking hebben op de normale kosten en reparaties (gewone lasten en herstellingen), aan het einde van het vruchtgebruik terug te vorderen van de appartementseigenaar.

2. Wanneer de appartementseigenaar schulden of bijdragen als bedoeld in lid 1 heeft voldaan, kan hij van de vruchtgebruiker vorderen dat deze hem de betaalde bedragen, vermeerderd met de rente vanaf de dag der betaling, teruggeeft voor zover zij op gewone lasten en herstellingen betrekking hebben. Van de andere door de appartementseigenaar betaalde bedragen is de vruchtgebruiker slechts de rente van de dag der betaling tot het einde van het vruchtgebruik verschuldigd.

Dit betekent letterlijk dat als de appartementseigenaar de schulden of bijdragen, zoals genoemd in het eerste lid, heeft betaald (voldaan), hij van de vruchtgebruiker kan eisen (vorderen) dat deze de betaalde bedragen terugbetaalt, verhoogd met de rente vanaf de dag van betaling. Dit geldt echter alleen voor zover deze bedragen betrekking hebben op gewone lasten en herstellingen. Voor andere bedragen die de appartementseigenaar heeft betaald, is de vruchtgebruiker alleen de rente verschuldigd vanaf de dag van betaling tot het einde van het vruchtgebruik.

3. Tenzij bij de instelling van het vruchtgebruik anders wordt bepaald wordt het aan een appartementsrecht verbonden stemrecht in de vergadering van eigenaars uitgeoefend door de vruchtgebruiker.

Dit betekent letterlijk dat het stemrecht dat verbonden is aan een appartementsrecht in de vergadering van eigenaars, wordt uitgeoefend door de vruchtgebruiker, tenzij bij het vestigen (instelling) van het vruchtgebruik iets anders is afgesproken (anders wordt bepaald).

4. Artikel 122 en artikel 113 lid 5, tweede volzin, zijn van overeenkomstige toepassing bij de vestiging, bij overdracht en bij het einde van het vruchtgebruik van een appartementsrecht.

Dit betekent letterlijk dat Artikel 122 en de tweede zin van lid 5 van Artikel 113 op een vergelijkbare manier (van overeenkomstige toepassing) gelden bij het tot stand brengen (vestiging) van het vruchtgebruik van een appartementsrecht, bij de overdracht ervan, en bij de beëindiging (het einde) van dit vruchtgebruik.

Rechtspraak waarin dit artikel wordt benoemd

1 uitspraak gevonden