Terug naar bibliotheek
Boek 3. Vermogensrecht in het algemeen
Titel 4. Verkrijging en verlies van goederen
Afdeling 3. Verkrijging en verlies door verjaring
Artikel 104

Artikel 104 (Stuiting, verlenging en definitie verjaring)

Laatste versie

1. Wanneer de verjaring van de rechtsvordering strekkende tot beëindiging van het bezit wordt gestuit of verlengd, wordt daarmede de verkrijgende verjaring dienovereenkomstig gestuit of verlengd.

2. In dit en de beide volgende artikelen wordt onder verjaring van een rechtsvordering de verjaring van de bevoegdheid tot tenuitvoerlegging van de uitspraak waarbij de eis is toegewezen, begrepen.

Uitleg in duidelijke taal

1. Wanneer de verjaring van de rechtsvordering strekkende tot beëindiging van het bezit wordt gestuit of verlengd, wordt daarmede de verkrijgende verjaring dienovereenkomstig gestuit of verlengd.

Dit betekent dat indien de verjaring van de rechtsvordering die ertoe strekt (strekkende) het bezit te beëindigen (tot beëindiging van het bezit) wordt gestuit (onderbroken) of verlengd (langer gemaakt), daarmee ook de verkrijgende verjaring dienovereenkomstig (op een overeenkomstige wijze) wordt gestuit of verlengd.

2. In dit en de beide volgende artikelen wordt onder verjaring van een rechtsvordering de verjaring van de bevoegdheid tot tenuitvoerlegging van de uitspraak waarbij de eis is toegewezen, begrepen.

Dit betekent dat in dit artikel en de twee hieropvolgende artikelen, onder de term verjaring van een rechtsvordering mede wordt verstaan (begrepen) de verjaring van de bevoegdheid tot tenuitvoerlegging (het daadwerkelijk uitvoeren) van de uitspraak waarbij de eis is toegewezen.