Terug naar bibliotheek
Boek 2. Rechtspersonen
Titel 9. De jaarrekening en het bestuursverslag
Afdeling 11. Vrijstellingen op grond van de omvang van het bedrijf van de rechtspersoon
Artikel 397

Artikel 397 (Vrijstellingen jaarrekening middelgrote rechtspersonen)

Laatste versie

1. Behoudens artikel 396 gelden de leden 3 tot en met 7 voor een rechtspersoon die op twee opeenvolgende balansdata, zonder onderbreking nadien op twee opeenvolgende balansdata, heeft voldaan aan twee of drie van de volgende vereisten:

a. de waarde van de activa volgens de balans met toelichting, bedraagt, op de grondslag van verkrijgings- en vervaardigingsprijs, niet meer dan € 25.000.000; b. de netto-omzet over het boekjaar bedraagt niet meer dan € 50.000.000; c. het gemiddeld aantal werknemers over het boekjaar bedraagt minder dan 250.

2. Voor de toepassing van lid 1 worden meegeteld de waarde van de activa, de netto-omzet en het getal der werknemers van groepsmaatschappijen, die in de consolidatie zouden moeten worden betrokken als de rechtspersoon een geconsolideerde jaarrekening zou moeten opmaken. Dit geldt niet, indien de rechtspersoon artikel 408 toepast.

3. In de winst- en verliesrekening worden de posten genoemd in artikel 377 lid 3, onder a-d en g, onderscheidenlijk lid 4, onder a-c en f, samengetrokken tot een post bruto-bedrijfsresultaat; de rechtspersoon vermeldt in een verhoudingscijfer, in welke mate de netto-omzet ten opzichte van die van het vorige jaar is gestegen of gedaald.

4. De artikelen 380 en 382a zijn niet van toepassing.

5. Van de in afdeling 3 voorgeschreven opgaven behoeven in de openbaar gemaakte balans met toelichting slechts vermelding die welke voorkomen in de artikelen 364, 365 lid 1 onder a en d, 366, 367 onder a-d, 368 lid 2 onder a, 370 lid 1 onder b–d, 373, 374 leden 3 en 4, 375 lid 1 onder a, b, f en g en lid 3, alsmede 376 en de overlopende posten. De leden 2 van de artikelen 370 en 375 vinden toepassing zowel op het totaal van de vorderingen en schulden als op de posten uit lid 1 van die artikelen welke afzonderlijke vermelding behoeven. De openbaar te maken winst- en verliesrekening en de toelichting mogen worden beperkt overeenkomstig lid 3 en lid 4.

6. De informatie die ingevolge artikel 381 lid 2 moet worden vermeld, wordt beperkt tot informatie over de aard en het zakelijk doel van de aldaar genoemde regelingen. Artikel 381 lid 3 is niet van toepassing, tenzij de rechtspersoon een naamloze vennootschap is, in welk geval de vermelding als bedoeld in artikel 381 lid 3 beperkt is tot transacties die direct of indirect zijn aangegaan tussen de vennootschap en haar voornaamste aandeelhouders en tussen de vennootschap en haar leden van het bestuur en van de raad van commissarissen.

7. De gegevens, bedoeld in artikel 392 lid 1, onderdelen d en e, en lid 3, worden niet openbaar gemaakt.

8. In het bestuursverslag behoeft geen aandacht te worden besteed aan niet-financiële prestatie-indicatoren als bedoeld in artikel 391 lid 1.

Uitleg in duidelijke taal

1. Behoudens artikel 396 gelden de leden 3 tot en met 7 voor een rechtspersoon die op twee opeenvolgende balansdata, zonder onderbreking nadien op twee opeenvolgende balansdata, heeft voldaan aan twee of drie van de volgende vereisten:

Dit lid bepaalt dat, met uitzondering van de bepalingen in artikel 396, de leden 3 tot en met 7 van dit artikel van toepassing zijn op een rechtspersoon. Deze toepasselijkheid geldt indien de rechtspersoon op twee opeenvolgende balansdata (de afsluitdata van boekjaren) heeft voldaan aan twee of drie van de hieronder gespecificeerde vereisten, en deze toestand van voldoen aan de vereisten vervolgens zonder onderbreking is voortgezet op de daaropvolgende twee opeenvolgende balansdata.

a. de waarde van de activa volgens de balans met toelichting, bedraagt, op de grondslag van verkrijgings- en vervaardigingsprijs, niet meer dan € 25.000.000;

Dit vereiste houdt in dat de totale waarde van de bezittingen (activa) van de rechtspersoon, zoals vermeld in de balans en de bijbehorende toelichting, niet hoger mag zijn dan € 25.000.000. Deze waarde moet berekend zijn op basis van de prijs waarvoor de activa zijn aangeschaft (verkrijgingsprijs) of de kosten die zijn gemaakt om ze te produceren (vervaardigingsprijs).

b. de netto-omzet over het boekjaar bedraagt niet meer dan € 50.000.000;

Dit vereiste houdt in dat de netto-omzet van de rechtspersoon gedurende het boekjaar niet meer mag bedragen dan € 50.000.000. De netto-omzet zijn de opbrengsten uit de levering van goederen en diensten na aftrek van kortingen en dergelijke.

c. het gemiddeld aantal werknemers over het boekjaar bedraagt minder dan 250.

Dit vereiste houdt in dat het gemiddelde aantal personen dat gedurende het boekjaar in dienst was bij de rechtspersoon, minder dan 250 moet zijn.

2. Voor de toepassing van lid 1 worden meegeteld de waarde van de activa, de netto-omzet en het getal der werknemers van groepsmaatschappijen, die in de consolidatie zouden moeten worden betrokken als de rechtspersoon een geconsolideerde jaarrekening zou moeten opmaken. Dit geldt niet, indien de rechtspersoon artikel 408 toepast.

Dit lid specificeert dat bij de beoordeling of aan de criteria in lid 1 is voldaan, de waarde van de activa, de netto-omzet en het aantal werknemers van groepsmaatschappijen (dochterondernemingen en andere verbonden ondernemingen) moeten worden meegeteld. Het gaat hier om groepsmaatschappijen die in de consolidatie (het samenvoegen van de jaarrekeningen) betrokken zouden moeten worden, indien de rechtspersoon verplicht zou zijn een geconsolideerde jaarrekening op te maken. Deze regel van meetellen geldt echter niet als de rechtspersoon gebruikmaakt van de vrijstellingsmogelijkheid van artikel 408 (vrijstelling van consolidatie voor een tussenholding).

3. In de winst- en verliesrekening worden de posten genoemd in artikel 377 lid 3, onder a-d en g, onderscheidenlijk lid 4, onder a-c en f, samengetrokken tot een post bruto-bedrijfsresultaat; de rechtspersoon vermeldt in een verhoudingscijfer, in welke mate de netto-omzet ten opzichte van die van het vorige jaar is gestegen of gedaald.

Dit lid staat toe dat in de winst- en verliesrekening bepaalde posten, die gespecificeerd zijn in artikel 377 lid 3 (onderdelen a tot en met d, en onderdeel g) en artikel 377 lid 4 (onderdelen a tot en met c, en onderdeel f), mogen worden samengevoegd tot één enkele post genaamd "bruto-bedrijfsresultaat". Daarnaast moet de rechtspersoon door middel van een verhoudingscijfer (bijvoorbeeld een percentage) aangeven in welke mate de netto-omzet is toegenomen (gestegen) of afgenomen (gedaald) vergeleken met de netto-omzet van het voorgaande jaar.

4. De artikelen 380 en 382a zijn niet van toepassing.

Dit lid stelt dat de bepalingen van artikel 380 (betreffende de toelichting op de brutomarge en de geografische spreiding van de omzet) en artikel 382a (betreffende de vermelding van de bezoldiging van iedere bestuurder en commissaris afzonderlijk) niet van toepassing zijn voor rechtspersonen die onder dit regime vallen.

5. Van de in afdeling 3 voorgeschreven opgaven behoeven in de openbaar gemaakte balans met toelichting slechts vermelding die welke voorkomen in de artikelen 364, 365 lid 1 onder a en d, 366, 367 onder a-d, 368 lid 2 onder a, 370 lid 1 onder b–d, 373, 374 leden 3 en 4, 375 lid 1 onder a, b, f en g en lid 3, alsmede 376 en de overlopende posten. De leden 2 van de artikelen 370 en 375 vinden toepassing zowel op het totaal van de vorderingen en schulden als op de posten uit lid 1 van die artikelen welke afzonderlijke vermelding behoeven. De openbaar te maken winst- en verliesrekening en de toelichting mogen worden beperkt overeenkomstig lid 3 en lid 4.

Dit lid bepaalt dat van de gegevens die volgens afdeling 3 van Titel 9 Boek 2 BW normaliter in de toelichting moeten worden opgenomen, slechts een beperkt aantal specifiek genoemde gegevens uit de artikelen 364, 365 lid 1 (onderdelen a en d), 366, 367 (onderdelen a tot en met d), 368 lid 2 (onderdeel a), 370 lid 1 (onderdelen b tot en met d), 373, 374 leden 3 en 4, 375 lid 1 (onderdelen a, b, f en g) en lid 3, alsmede artikel 376 en de overlopende posten, vermeld hoeven te worden in de balans met toelichting die openbaar wordt gemaakt. Verder blijven de bepalingen van artikel 370 lid 2 (nadere specificatie van vorderingen naar looptijd) en artikel 375 lid 2 (nadere specificatie van schulden naar looptijd) van toepassing, zowel op het totaalbedrag van de vorderingen en schulden als op de posten uit lid 1 van die artikelen die afzonderlijk vermeld moeten worden. Ten slotte mogen de winst- en verliesrekening en de toelichting die openbaar gemaakt worden, beperkt worden overeenkomstig de regels in lid 3 (samentrekking van posten in de winst- en verliesrekening) en lid 4 (niet-toepasselijkheid van artikelen 380 en 382a) van dit artikel.

6. De informatie die ingevolge artikel 381 lid 2 moet worden vermeld, wordt beperkt tot informatie over de aard en het zakelijk doel van de aldaar genoemde regelingen. Artikel 381 lid 3 is niet van toepassing, tenzij de rechtspersoon een naamloze vennootschap is, in welk geval de vermelding als bedoeld in artikel 381 lid 3 beperkt is tot transacties die direct of indirect zijn aangegaan tussen de vennootschap en haar voornaamste aandeelhouders en tussen de vennootschap en haar leden van het bestuur en van de raad van commissarissen.

Dit lid stelt dat de informatie die op grond van artikel 381 lid 2 (over niet in de balans opgenomen belangrijke financiële verplichtingen, rechten en regelingen) vermeld moet worden, beperkt mag blijven tot informatie over de aard en het zakelijke doel van de in dat artikel bedoelde regelingen. De bepaling van artikel 381 lid 3 (over transacties met verbonden partijen die niet onder normale marktvoorwaarden zijn aangegaan) is niet van toepassing. Een uitzondering hierop geldt indien de rechtspersoon een naamloze vennootschap (NV) is. In dat specifieke geval is de vermelding zoals bedoeld in artikel 381 lid 3 beperkt tot transacties die direct of indirect zijn aangegaan tussen de vennootschap en haar belangrijkste aandeelhouders, en tussen de vennootschap en de leden van haar bestuur en raad van commissarissen.

7. De gegevens, bedoeld in artikel 392 lid 1, onderdelen d en e, en lid 3, worden niet openbaar gemaakt.

Dit lid bepaalt dat specifieke gegevens, namelijk die genoemd in artikel 392 lid 1, onderdelen d (gebeurtenissen na balansdatum met belangrijke financiële gevolgen) en e (voorstel tot winstverdeling of verliesverwerking), en lid 3 (informatie over het aantal winstbewijzen en soortgelijke rechten), niet openbaar gemaakt hoeven te worden.

8. In het bestuursverslag behoeft geen aandacht te worden besteed aan niet-financiële prestatie-indicatoren als bedoeld in artikel 391 lid 1.

Dit lid stelt dat in het bestuursverslag geen aandacht hoeft te worden besteed aan niet-financiële prestatie-indicatoren, zoals die bedoeld zijn in artikel 391 lid 1 (bijvoorbeeld indicatoren met betrekking tot milieu- en personeelsaangelegenheden).