Artikel 130 (Vertegenwoordigingsbevoegdheid bestuur NV)
1. Het bestuur vertegenwoordigt de vennootschap, voor zover uit de wet niet anders voortvloeit.
2. De bevoegdheid tot vertegenwoordiging komt mede aan iedere bestuurder toe. De statuten kunnen echter bepalen dat zij behalve aan het bestuur slechts toekomt aan een of meer bestuurders. Zij kunnen voorts bepalen dat een bestuurder de vennootschap slechts met medewerking van een of meer anderen mag vertegenwoordigen.
3. Bevoegdheid tot vertegenwoordiging die aan het bestuur of aan een bestuurder toekomt, is onbeperkt en onvoorwaardelijk, voor zover uit de wet niet anders voortvloeit. Een wettelijk toegelaten of voorgeschreven beperking van of voorwaarde voor de bevoegdheid tot vertegenwoordiging kan slechts door de vennootschap worden ingeroepen.
4. De statuten kunnen ook aan andere personen dan bestuurders bevoegdheid tot vertegenwoordiging toekennen.
Uitleg in duidelijke taal
1. Het bestuur vertegenwoordigt de vennootschap, voor zover uit de wet niet anders voortvloeit.
Dit lid stelt dat het bestuur de bevoegdheid heeft om namens de vennootschap te handelen (de vennootschap te vertegenwoordigen), tenzij de wet een uitzondering hierop bepaalt.
2. De bevoegdheid tot vertegenwoordiging komt mede aan iedere bestuurder toe. De statuten kunnen echter bepalen dat zij behalve aan het bestuur slechts toekomt aan een of meer bestuurders. Zij kunnen voorts bepalen dat een bestuurder de vennootschap slechts met medewerking van een of meer anderen mag vertegenwoordigen.
Dit lid verduidelijkt dat de bevoegdheid om de vennootschap te vertegenwoordigen ook aan elke individuele bestuurder toekomt. De statuten van de vennootschap mogen echter bepalen dat deze bevoegdheid, naast het bestuur als geheel, alleen aan één of meer specifieke bestuurders is toegekend. Bovendien kunnen de statuten voorschrijven dat een bestuurder de vennootschap alleen mag vertegenwoordigen als hij of zij daarbij samenwerkt met één of meer andere personen (medewerking).
3. Bevoegdheid tot vertegenwoordiging die aan het bestuur of aan een bestuurder toekomt, is onbeperkt en onvoorwaardelijk, voor zover uit de wet niet anders voortvloeit. Een wettelijk toegelaten of voorgeschreven beperking van of voorwaarde voor de bevoegdheid tot vertegenwoordiging kan slechts door de vennootschap worden ingeroepen.
Dit lid stelt dat de bevoegdheid tot vertegenwoordiging, die aan het bestuur of aan een individuele bestuurder toekomt, in principe onbeperkt en onvoorwaardelijk is, tenzij de wet anders bepaalt. Indien er een beperking van of een voorwaarde voor deze vertegenwoordigingsbevoegdheid wettelijk is toegestaan of voorgeschreven, kan alleen de vennootschap zelf zich op een dergelijke beperking of voorwaarde beroepen tegenover derden.
4. De statuten kunnen ook aan andere personen dan bestuurders bevoegdheid tot vertegenwoordiging toekennen.
Dit lid bepaalt dat de statuten van de vennootschap de mogelijkheid bieden om ook aan andere personen dan bestuurders de bevoegdheid te verlenen om de vennootschap te vertegenwoordigen.