Burgerlijk Wetboek Boek 1

Vóór of na de beschikking tot echtscheiding kunnen de echtgenoten bij overeenkomst bepalen of, en zo ja tot welk bedrag, na de echtscheiding de één tegenover de ander tot een uitkering tot diens levensonderhoud zal zijn gehouden. Indien in de overeenkomst geen termijn is opgenomen, is artikel 157, eerste tot en met vijfde lid en zevende lid, van overeenkomstige toepassing.

Dit artikel stelt dat echtgenoten de mogelijkheid hebben om, zowel vóór als na de officiële uitspraak van de echtscheiding (de beschikking tot echtscheiding), onderling afspraken te maken in een overeenkomst. In deze overeenkomst kunnen zij vastleggen of, en zo ja, tot welk bedrag de ene echtgenoot na de echtscheiding verplicht zal zijn een uitkering te betalen voor het levensonderhoud van de andere echtgenoot. Wanneer in de overeenkomst geen specifieke duur (termijn) voor deze uitkering is vastgelegd, dan zijn de bepalingen van artikel 157, specifiek het eerste tot en met het vijfde lid en het zevende lid, op een vergelijkbare wijze van toepassing.