Artikel 155 (Pensioenverevening bij echtscheiding)
In geval van echtscheiding en voor zover de ene echtgenoot na de huwelijkssluiting en voor de echtscheiding pensioenaanspraken heeft opgebouwd, heeft de andere echtgenoot overeenkomstig het bepaalde bij of krachtens de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding recht op pensioenverevening, tenzij de echtgenoten op de wijze voorzien in deze Wet toepasselijkheid daarvan hebben uitgesloten.
Uitleg in duidelijke taal
In geval van echtscheiding en voor zover de ene echtgenoot na de huwelijkssluiting en voor de echtscheiding pensioenaanspraken heeft opgebouwd, heeft de andere echtgenoot overeenkomstig het bepaalde bij of krachtens de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding recht op pensioenverevening, tenzij de echtgenoten op de wijze voorzien in deze Wet toepasselijkheid daarvan hebben uitgesloten.
Dit artikel stelt dat in het geval van echtscheiding
, en voor zover de ene echtgenoot
na de huwelijkssluiting en voor de echtscheiding
pensioenaanspraken
heeft opgebouwd
, de andere echtgenoot
recht heeft op pensioenverevening
. Dit recht geldt overeenkomstig het bepaalde bij of krachtens de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding
. Er is een uitzondering: dit recht geldt niet indien de echtgenoten
op de wijze voorzien in deze Wet
de toepasselijkheid daarvan hebben uitgesloten
.