Terug naar bibliotheek
Hoofdstuk III. Eisen aan het systeem
Artikel 4Artikel 4
Laatste versie
1. Het systeem door middel waarvan videoconferentie wordt toegepast, is zodanig ingericht dat:
a. de betrokken personen een natuurgetrouwe weergave krijgen van hetgeen zich in de andere ruimte afspeelt; b. overleg kan worden gevoerd zonder dat dit voor derden hoorbaar is; c. stukken kunnen worden uitgewisseld, en d. het systeem is beveiligd tegen verlies of tegen enige vorm van onrechtmatige verwerking; e. het systeem aan de internationale standaarden voldoet indien de videoconferentie plaatsvindt met een persoon die zich buiten Nederland bevindt.
2. Bij regeling van Onze Minister van Justitie kunnen nadere eisen worden gesteld aan het systeem, bedoeld in het eerste lid.