Terug naar bibliotheek
Hoofdstuk II. Vergoedingsnormen
par. 1. zaken op het terrein van het burgerlijk en bestuursrecht en het tuchtrecht
Artikel 11

Artikel 11

Laatste versie

1. Als samenhangende zaken worden beschouwd procedures en advieszaken die gevoegd, gelijktijdig, aansluitend of nagenoeg aansluitend zijn behandeld, en waarvoor één rechtsbijstandverlener is toegevoegd of meer dan één rechtsbijstandverlener mits zij deel uitmaken van hetzelfde samenwerkingsverband en voor zover de zaken naar hun aard verknocht zijn.

2. In samenhangende zaken waarin sprake is van twee of meer rechtzoekenden met een of meer procedures of advieszaken, wordt in afwijking van artikel 12, eerste en tweede lid, onderscheidenlijk artikel 5, eerste lid, aan die procedures en advieszaken gezamenlijk het aantal punten toegekend dat wordt verkregen door het aantal punten dat in artikel 12 voor advieszaken en in de bijlage voor procedures is bepaald voor het desbetreffende rechtsterrein of soort zaak met het hoogste aantal punten te vermenigvuldigen met de navolgende percentages, al naar gelang het aantal toevoegingen: 2–3: 150%; 4–6: 200%; 7–10: 300%; 11–15: 400%;16–21: 500%; elke volgende 10: 100% extra.

3. In samenhangende zaken waarbij sprake is van één rechtzoekende met meerdere procedures of advieszaken, wordt in afwijking van artikel 12, eerste en tweede lid, onderscheidenlijk artikel 5, eerste lid, aan die procedures en advieszaken gezamenlijk het aantal punten toegekend dat wordt verkregen door voor advieszaken het aantal punten dat in artikel 12 en voor procedures het aantal punten dat in de bijlage is bepaald voor het desbetreffende rechtsterrein of soort zaak met het hoogste aantal punten te verhogen met 50% voor elke procedure en advieszaak, met uitzondering van de eerste.

4. Indien samenhangende zaken gevoegd, gelijktijdig, aansluitend of nagenoeg aansluitend op een zitting als bedoeld in het eerste lid van artikel 7 zijn behandeld, wordt deze zitting voor de toekenning van de punten, bedoeld in het tweede lid van artikel 7, aangemerkt als één zitting.

5. Op samenhangende zaken die in cassatie zijn gevoerd zijn het tweede, derde en vierde lid van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat de berekening, bedoeld in het tweede en derde lid, wordt toegepast op 24 punten.

6. Op een procedure inzake een gemeenschappelijk verzoek tot echtscheiding is het tweede lid van overeenkomstige toepassing.

Gerelateerde rechtspraak

Raad van State

ECLI:NL:RVS:2024:259 - Raad van State - 23 januari 2024

ECLI:NL:RVS:2024:25923 januari 2024Dit wetsartikel wordt 11 keer genoemd in deze uitspraak
Raad van State

ECLI:NL:RVS:2024:257 - Raad van State - 23 januari 2024

ECLI:NL:RVS:2024:25723 januari 2024Dit wetsartikel wordt 10 keer genoemd in deze uitspraak
Raad van State

ECLI:NL:RVS:2024:256 - Raad van State - 23 januari 2024

ECLI:NL:RVS:2024:25623 januari 2024Dit wetsartikel wordt 9 keer genoemd in deze uitspraak
Rechtbank Den Haag

ECLI:NL:RBDHA:2024:13251 - Rechtbank Den Haag - 19 augustus 2024

ECLI:NL:RBDHA:2024:1325119 augustus 2024Dit wetsartikel wordt 6 keer genoemd in deze uitspraak
Raad van State4x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:RVS:2024:155 - Raad van State - 23 januari 2024

ECLI:NL:RVS:2024:15523 januari 2024Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak
Raad van State

ECLI:NL:RVS:2024:262 - Raad van State - 23 januari 2024

ECLI:NL:RVS:2024:26223 januari 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Raad van State

ECLI:NL:RVS:2024:261 - Raad van State - 23 januari 2024

ECLI:NL:RVS:2024:26123 januari 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Raad van State

ECLI:NL:RVS:2024:260 - Raad van State - 23 januari 2024

ECLI:NL:RVS:2024:26023 januari 2024Dit wetsartikel wordt 2 keer genoemd in deze uitspraak
Raad van State

ECLI:NL:RVS:2024:355 - Raad van State - 30 januari 2024

ECLI:NL:RVS:2024:35530 januari 2024Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak