Terug naar bibliotheek
Hoofdstuk IX. Strafrechtelijke bepalingen
Afdeling 3. Algemene bepalingen van strafvordering
Artikel 80

Artikel 80

Laatste versie

1. Met het opsporen van bij de belastingwet strafbaar gestelde feiten zijn, behalve de in artikel 141 van het Wetboek van Strafvordering bedoelde personen, de ambtenaren van de rijksbelastingdienst belast.

2. In afwijking van de artikel 156 van het Wetboek van Strafvordering worden alle processen-verbaal betreffende bij de belastingwet strafbaar gestelde feiten ingezonden bij het bestuur van ’s Rijks belastingen. Het bestuur doet de processen-verbaal betreffende strafbare feiten,

a. als bedoeld in de artikelen 22 en 25 van de Verordening (EU) 2017/1939 van de Raad van 12 oktober 2017 betreffende nauwere samenwerking bij de instelling van het Europees Openbaar Ministerie («EOM») (PbEU 2017, L 283), of b. ter zake waarvan inverzekeringstelling of voorlopige hechtenis is toegepast dan wel een woning tegen de wil van de bewoner is binnengetreden, met de inbeslaggenomen voorwerpen,

onverwijld toekomen aan de bevoegde officier van justitie.De overige processen-verbaal doet het bestuur, met de inbeslaggenomen voorwerpen, toekomen aan de officier van justitie, indien het een vervolging of verdere vervolging door deze wenselijk acht.

3. De officier van justitie is bevoegd, de zaak ter afdoening weder in handen van het bestuur van ’s Rijks belastingen te stellen, hetwelk daarmede alsdan kan handelen overeenkomstig artikel 76.

4. Het bepaalde in artikel 148, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering vindt geen toepassing in zaken, waarin het bestuur van ’s Rijks belastingen het proces-verbaal niet aan de officier van justitie heeft doen toekomen.

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad27x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2015:913

ECLI:NL:HR:2015:91310 april 2015Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Internationaal PubliekrechtEuropees Recht
BelastingrechtInkomstenbelasting, Vermogensbelasting, Procesrecht Belastingen
Hoge Raad11x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2018:2389

ECLI:NL:HR:2018:238921 december 2018Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad7x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2004:AO1755

ECLI:NL:HR:2004:AO175530 maart 2004Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak
BelastingrechtFiscaal Strafrecht
StrafrechtStrafprocesrecht, Financieel Economisch Strafrecht
Hoge Raad9x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2006:AV4112

ECLI:NL:HR:2006:AV411211 april 2006Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad9x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2000:AA4894

ECLI:NL:HR:2000:AA489422 februari 2000Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
StrafrechtMaterieel Strafrecht, Strafprocesrecht, Financieel Economisch Strafrecht
BelastingrechtFiscaal Strafrecht
Hoge Raad7x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2010:BK6922

ECLI:NL:HR:2010:BK692230 maart 2010Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad7x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2001:AB1761

ECLI:NL:HR:2001:AB176122 mei 2001Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad6x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2016:555

ECLI:NL:HR:2016:5555 april 2016Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad6x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2007:BA5810

ECLI:NL:HR:2007:BA58104 september 2007Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
BelastingrechtFiscaal Strafrecht
StrafrechtFinancieel Economisch Strafrecht, Materieel Strafrecht, Strafprocesrecht
Hoge Raad

ECLI:NL:HR:2011:BP6421

ECLI:NL:HR:2011:BP64218 november 2011Dit wetsartikel wordt 4 keer genoemd in deze uitspraak
BelastingrechtFiscaal Strafrecht
StrafrechtFinancieel Economisch Strafrecht, Strafprocesrecht