Terug naar bibliotheek
Hoofdstuk V. Bezwaar en beroep
Afdeling 1. Bezwaar
Artikel 25

Artikel 25

Laatste versie

1. In afwijking van artikel 7:2 van de Algemene wet bestuursrecht wordt de belanghebbende gehoord op zijn verzoek.

2. Indien omstandigheden daartoe nopen, kan het horen geschieden in afwijking van artikel 7:5 van de Algemene wet bestuursrecht.

3. Indien het bezwaar is gericht tegen een aanslag, een navorderingsaanslag, een naheffingsaanslag of een beschikking, met betrekking tot welke de vereiste aangifte niet is gedaan of sprake is van een onherroepelijk geworden informatiebeschikking als bedoeld in artikel 52a, eerste lid, wordt bij de uitspraak op het bezwaarschrift de belastingaanslag of beschikking gehandhaafd, tenzij is gebleken dat en in hoeverre die belastingaanslag of beschikking onjuist is. De eerste volzin vindt geen toepassing voor zover het bezwaar is gericht tegen een vergrijpboete.

4. Indien bezwaar is gemaakt tegen meer dan één belastingaanslag of voor bezwaar vatbare beschikking, kan de inspecteur de uitspraken vervatten in één geschrift.

Details

[Wijziging(en) op nader te bepalen datum(s); laatste bekendgemaakt in 2008. Zie het overzicht van wijzigingen]

Gerelateerde rechtspraak

Hoge Raad4100x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2016:252 - Overzichtsarrest immateriële schadevergoeding bij overschrijding redelijke termijn in belastingzaken - 18 februari 2016

ECLI:NL:HR:2016:25218 februari 2016Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad geeft een integraal overzicht van de regels voor de toekenning van immateriële schadevergoeding wegens overschrijding van de redelijke termijn in belastingzaken. Het arrest consolideert en verduidelijkt bestaande jurisprudentie en introduceert enkele nieuwe oordelen.

BelastingrechtProcesrecht Belastingen
BestuursrechtBestuursprocesrecht
Hoge Raad328x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2011:BN6324 - Rekeningenproject: Omkering bewijslast en grenzen aan schatting en boeteoplegging - 14 april 2011

ECLI:NL:HR:2011:BN632414 april 2011Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad oordeelt over de bewijslast bij buitenlandse bankrekeningen. Voor de heffing is omkering van de bewijslast en een modelmatige schatting toegestaan, maar deze mag niet willekeurig zijn. Voor de boete rust de bewijslast volledig op de inspecteur en mag geen gebruik worden gemaakt van vermoedens.

BelastingrechtFiscaal Strafrecht, Inkomstenbelasting, Procesrecht Belastingen, Vermogensbelasting
Internationaal PubliekrechtMensenrechten
Hoge Raad166x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2015:1083 - Hoge Raad - 23 april 2015

ECLI:NL:HR:2015:108323 april 2015Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad166x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2003:AF7495 - Hoge Raad - 17 april 2003

ECLI:NL:HR:2003:AF749517 april 2003Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
BelastingrechtBtw, Procesrecht Belastingen
BestuursrechtBestuursprocesrecht
Hoge Raad150x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2008:BA8179 - Hoge Raad - 20 maart 2008

ECLI:NL:HR:2008:BA817920 maart 2008Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
BelastingrechtFiscaal Strafrecht, Vermogensbelasting, Procesrecht Belastingen
Internationaal PubliekrechtEuropees Recht, Mensenrechten
Hoge Raad141x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2017:130 - Informatiebeschikking: Vragen die een verklaring vergen moeten worden vernietigd - 9 februari 2017

ECLI:NL:HR:2017:1309 februari 2017Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

Een informatiebeschikking kan niet in stand blijven voor zover deze vragen bevat die de belanghebbende verplichten een mondelinge of schriftelijke verklaring af te leggen. De rechter moet zo'n beschikking gedeeltelijk vernietigen en specificeren op welke vragen dit betrekking heeft.

Hoge Raad137x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2013:199 - Hoge Raad - 8 augustus 2013

ECLI:NL:HR:2013:1998 augustus 2013Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak
Hoge Raad107x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2011:BN6350 - Rekeningenproject: Grenzen aan bewijsvermoedens bij omkering bewijslast en boetes - 14 april 2011

ECLI:NL:HR:2011:BN635014 april 2011Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad oordeelt dat een modelmatige schatting van verzwegen vermogen bij omkering van de bewijslast redelijk moet zijn. Voor het opleggen van een boete volstaat de omkering niet; de inspecteur moet het beboetbare feit bewijzen, waarbij vermoedens strenge eisen kennen en de onschuldpresumptie geldt.

BelastingrechtFiscaal Strafrecht, Procesrecht Belastingen, Vermogensbelasting, Inkomstenbelasting
Internationaal PubliekrechtMensenrechten
Hoge Raad101x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2014:2144 - Informatiebeschikking en nemo tenetur: het onderscheid tussen wilsafhankelijk en wilsonafhankelijk materiaal - 7 augustus 2014

ECLI:NL:HR:2014:21447 augustus 2014Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

Een informatiebeschikking (art. 52a AWR) schendt het nemo-teneturbeginsel (art. 6 EVRM) niet, ook niet als deze leidt tot omkering van de bewijslast. De plicht tot het verstrekken van wilsonafhankelijk materiaal is onbeperkt. Wilsafhankelijk materiaal mag voor de heffing worden opgevraagd, maar niet voor beboeting worden gebruikt.

Hoge Raad53x keer aangehaald in latere zaken

ECLI:NL:HR:2012:BY2665 - Vereiste aangifte: percentage van 5,54 is niet verhoudingsgewijs aanzienlijk - 8 november 2012

ECLI:NL:HR:2012:BY26658 november 2012Dit wetsartikel wordt 1 keer genoemd in deze uitspraak

De Hoge Raad oordeelt dat voor het niet doen van de vereiste aangifte een verhoudingsgewijs aanzienlijk verschil tussen verschuldigde en aangegeven belasting nodig is. Een verschil van 5,54 procent is niet verhoudingsgewijs aanzienlijk, waardoor de sanctie van omkering en verzwaring van de bewijslast niet van toepassing is.