Terug naar bibliotheek
Hoofdstuk 4. Bijzondere bepalingen
Artikel 45. Beslagverbod

Artikel 45. Beslagverbod

Laatste versie

1. Een tegemoetkoming is niet vatbaar voor vervreemding, verpanding, belening of beslag, waaronder begrepen beslag ingevolge faillissement of toepassing van de schuldsaneringsregeling natuurlijke personen, tenzij het betreft beslag wegens:

a. een vordering tot nakoming van een betalingsverplichting wegens een geleverde prestatie waarbij de betalingsverplichting ter zake van die prestatie oorzaak is voor de tegemoetkoming; b. een door de belanghebbende verschuldigd bedrag aan terugvordering dat betrekking heeft op dezelfde inkomensafhankelijke regeling.

De uitzondering opgenomen in onderdeel a van dit lid is niet van toepassing met betrekking tot een tegemoetkoming in het kader van de Wet op het kindgebonden budget.

2. Bij een beslag als bedoeld in het eerste lid is artikel 475c, tweede lid, niet van toepassing.

3. Elk beding dat strijdt met het eerste lid is nietig.