Algemene wet bestuursrecht

Het bestuursorgaan kan toepassing van de artikelen 4:7 en 4:8 achterwege laten voor zover:

Dit betekent dat het bestuursorgaan de toepassing van de artikelen 4:7 en 4:8 mag nalaten (achterwege laten) onder de volgende voorwaarden:

a. de vereiste spoed zich daartegen verzet;

Dit houdt in dat als er sprake is van een situatie waarin grote haast (vereiste spoed) nodig is, en deze spoed het toepassen van de genoemde artikelen in de weg staat (zich daartegen verzet), het bestuursorgaan hiervan mag afzien.

b. de belanghebbende reeds eerder in de gelegenheid is gesteld zijn zienswijze naar voren te brengen en zich sindsdien geen nieuwe feiten of omstandigheden hebben voorgedaan, of

Dit betekent dat als de belanghebbende al eerder de kans heeft gehad om zijn mening of standpunt (zienswijze naar voren te brengen), en er sinds dat moment geen nieuwe feiten of omstandigheden zijn opgekomen (zich hebben voorgedaan), het bestuursorgaan de toepassing van de artikelen 4:7 en 4:8 mag nalaten.

c. het met de beschikking beoogde doel slechts kan worden bereikt indien de belanghebbende daarvan niet reeds tevoren in kennis is gesteld.

Dit houdt in dat als het doel dat het bestuursorgaan met de beschikking nastreeft (het met de beschikking beoogde doel) alleen kan worden bereikt wanneer de belanghebbende niet vooraf over de beschikking wordt geïnformeerd (daarvan niet reeds tevoren in kennis is gesteld), het bestuursorgaan de toepassing van de artikelen 4:7 en 4:8 mag nalaten.