Artikel 45a (Reikwijdte dekenaal toezicht en geheimhoudingsplicht)
1. De deken van de orde in het arrondissement is belast met het toezicht op de naleving door advocaten die kantoor houden in dat arrondissement van het bepaalde bij of krachtens deze wet met inbegrip van toezicht op de zorg die zij als advocaten behoren te betrachten ten opzichte van degenen wiens belangen zij als zodanig behartigen of behoren te behartigen, inbreuken op verordeningen van de Nederlandse orde van advocaten en enig handelen of nalaten dat een behoorlijk advocaat niet betaamt.
2. Ten behoeve van het houden van het toezicht, bedoeld in het eerste lid, zijn de advocaat, zijn medewerkers en personeel, alsmede andere personen die bij de beroepsuitoefening betrokken zijn, niet gehouden aan de geheimhoudingsplicht, bedoeld in artikel 11a. In dat geval geldt voor de deken alsmede voor de door hem ten behoeve van de uitoefening van het toezicht ingeschakelde medewerkers, personeel en andere personen een geheimhoudingsplicht, gelijk aan die bedoeld in artikel 11a.
Uitleg in duidelijke taal
1. De deken van de orde in het arrondissement is belast met het toezicht op de naleving door advocaten die kantoor houden in dat arrondissement van het bepaalde bij of krachtens deze wet met inbegrip van toezicht op de zorg die zij als advocaten behoren te betrachten ten opzichte van degenen wiens belangen zij als zodanig behartigen of behoren te behartigen, inbreuken op verordeningen van de Nederlandse orde van advocaten en enig handelen of nalaten dat een behoorlijk advocaat niet betaamt.
Dit lid bepaalt dat de deken van de orde van advocaten in een specifiek arrondissement de verantwoordelijkheid draagt voor het uitoefenen van toezicht. Dit toezicht is gericht op advocaten die hun kantoor gevestigd hebben in dat betreffende arrondissement. De deken controleert of deze advocaten voldoen aan (naleving van) de voorschriften die zijn vastgelegd in of voortvloeien uit (bij of krachtens) deze wet. Het toezicht omvat tevens de zorgvuldigheid (zorg) die advocaten in acht moeten nemen (behoren te betrachten) jegens de personen wiens belangen zij als advocaat vertegenwoordigen (behartigen) of zouden moeten vertegenwoordigen. Daarnaast houdt de deken toezicht op overtredingen (inbreuken) van de verordeningen die zijn uitgevaardigd door de Nederlandse orde van advocaten, alsmede op elk handelen of nalaten dat niet overeenstemt met wat van een fatsoenlijk (behoorlijk) advocaat verwacht mag worden.
2. Ten behoeve van het houden van het toezicht, bedoeld in het eerste lid, zijn de advocaat, zijn medewerkers en personeel, alsmede andere personen die bij de beroepsuitoefening betrokken zijn, niet gehouden aan de geheimhoudingsplicht, bedoeld in artikel 11a. In dat geval geldt voor de deken alsmede voor de door hem ten behoeve van de uitoefening van het toezicht ingeschakelde medewerkers, personeel en andere personen een geheimhoudingsplicht, gelijk aan die bedoeld in artikel 11a.
Dit lid stelt dat, ten einde het toezicht zoals omschreven in het eerste lid te kunnen uitoefenen, de advocaat op wie toezicht wordt gehouden, diens medewerkers en personeel, en ook andere personen die betrokken zijn bij de uitoefening van het beroep, niet verplicht zijn (niet gehouden zijn aan) de geheimhoudingsplicht na te komen zoals deze is vastgelegd in artikel 11a. In die specifieke situatie rust er echter een geheimhoudingsplicht op de deken. Deze plicht geldt eveneens voor de medewerkers, het personeel en andere personen die door de deken worden ingezet (ingeschakeld) ter ondersteuning van de uitoefening van het toezicht. Deze geheimhoudingsplicht is van dezelfde strekking (gelijk aan) als de geheimhoudingsplicht die in artikel 11a wordt genoemd.