Advocatenwet

Ten aanzien van andere werkzaamheden, bij wijze van dienstverrichting, dan die bedoeld in het eerste lid van artikel 16d, blijven bezoekende advocaten onderworpen aan de voorwaarden en de beroepsregels van de staat van herkomst. Zij dienen daarnaast de voor in Nederland ingeschreven advocaten geldende beroepsregels in acht te nemen, met name die betreffende: (a) de onverenigbaarheid van het uitoefenen van de werkzaamheden van advocaat met het verrichten van andere werkzaamheden in Nederland, (b) de verhouding tot andere advocaten en (c) het verbod van bijstand door een zelfde advocaat aan partijen met tegenstrijdige belangen. Laatstbedoelde regels zijn slechts toepasselijk voor zover zij kunnen worden nageleefd door een advocaat die niet in Nederland is gevestigd en de naleving ervan objectief gerechtvaardigd is ten einde in Nederland de behoorlijke uitoefening van de werkzaamheden van advocaten, de waardigheid van het beroep en de inachtneming van de bedoelde regels inzake onverenigbaarheid te verzekeren.

Dit artikel beschrijft welke regels van toepassing zijn op advocaten uit andere landen (bezoekende advocaten) wanneer zij in Nederland werkzaamheden verrichten als dienstverlening, anders dan die genoemd in artikel 16d, eerste lid (doorgaans procesvertegenwoordiging).

De tekst "Ten aanzien van andere werkzaamheden, bij wijze van dienstverrichting, dan die bedoeld in het eerste lid van artikel 16d, blijven bezoekende advocaten onderworpen aan de voorwaarden en de beroepsregels van de staat van herkomst" betekent dat voor deze specifieke andere werkzaamheden, bezoekende advocaten gebonden blijven aan de professionele eisen en regels van hun eigen land.

Verder stelt de tekst "Zij dienen daarnaast de voor in Nederland ingeschreven advocaten geldende beroepsregels in acht te nemen, met name die betreffende:" dat deze bezoekende advocaten ook de Nederlandse beroepsregels moeten volgen. Dit geldt in het bijzonder voor regels over: (a) "de onverenigbaarheid van het uitoefenen van de werkzaamheden van advocaat met het verrichten van andere werkzaamheden in Nederland," wat inhoudt dat het beroep van advocaat in Nederland niet gecombineerd mag worden met bepaalde andere professionele activiteiten. (b) "de verhouding tot andere advocaten en" wat betrekking heeft op de professionele omgang en etiquette tussen advocaten onderling. (c) "het verbod van bijstand door een zelfde advocaat aan partijen met tegenstrijdige belangen." wat betekent dat een advocaat niet tegelijkertijd partijen mag vertegenwoordigen wier belangen met elkaar conflicteren.

De afsluitende zin "Laatstbedoelde regels zijn slechts toepasselijk voor zover zij kunnen worden nageleefd door een advocaat die niet in Nederland is gevestigd en de naleving ervan objectief gerechtvaardigd is ten einde in Nederland de behoorlijke uitoefening van de werkzaamheden van advocaten, de waardigheid van het beroep en de inachtneming van de bedoelde regels inzake onverenigbaarheid te verzekeren" verduidelijkt een belangrijke voorwaarde: de genoemde Nederlandse regels (onder a, b, en c) zijn alleen van toepassing op de bezoekende advocaat als deze de regels praktisch kan naleven. Daarnaast moet de toepassing van deze regels objectief noodzakelijk zijn om in Nederland een correcte beroepsuitoefening door advocaten, de professionele waardigheid, en de naleving van de onverenigbaarheidsregels te waarborgen.