Artikel 3.10b
Het rookgas van een ketelinstallatie met een nominaal thermisch ingangsvermogen kleiner dan 1MWth voldoet aan de emissiegrenswaarden, genoemd in tabel 3.10b. | Brandstof/vermogen | Stikstofoxiden (NOx) (mg per normaal kubieke meter) | Zwaveldioxide (SO2) (mg per normaal kubieke meter) | Totaal stof (mg per normaal kubieke meter) | |---|---|---|---| | Biomassa of houtpellets | 300 | 200 | 40 | | Brandstof in vloeibare vorm, met uitzondering van biomassa, gestookt in een ketelinstallatie van 0,4 MWth of meer | 120 | 200 | 20 | | Aardgas, gestookt in een ketelinstallatie van 0,4 MWth of meer | 70 | – | – | | Vergistingsgas, gestookt in een ketelinstallatie van 0,4 MWth of meer | 70 | 200 | – | | Propaangas, Butaangas, gestookt in een ketelinstallatie van 0,4 MWth of meer | 140 | – | – |
Details
[Regeling vervallen per 01-01-2024]