Artikel 1.7
De bepalingen in deze afdeling gelden voor aanbestedende diensten en speciale-sectorbedrijven bij:
a. het plaatsen van een overheidsopdracht, een speciale-sectoropdracht of een concessieopdracht of het uitschrijven van een prijsvraag die op grond van het bepaalde bij of krachtens de hoofdstukken 2.1, 2a.1 en 3.1 onder het toepassingsbereik van onderscheidenlijk deel 2, deel 2a of deel 3 van de wet valt;
b. het plaatsen van een overheidsopdracht, een speciale-sectoropdracht of een concessieopdracht of het uitschrijven van een prijsvraag met een duidelijk grensoverschrijdend belang die uitsluitend op grond van het bepaalde in de artikelen 2.1 tot en met 2.8, de artikelen 2a.1 tot en met 2a.3 of de artikelen 3.8 en 3.9 niet onder het toepassingsbereik van onderscheidenlijk deel 2, deel 2a of deel 3 van deze wet valt.
Gerelateerde rechtspraak
ECLI:NL:HR:2018:720 - Duidelijk grensoverschrijdend belang: stelplicht en objectieve criteria bij concessies
Voor het aannemen van een duidelijk grensoverschrijdend belang is het voor een klagende partij voldoende om te wijzen op objectieve criteria, zoals aanzienlijke economische waarde. Het is niet vereist om aanvullend te onderbouwen waarom buitenlandse ondernemingen daadwerkelijk geïnteresseerd zouden zijn in de opdracht.
ECLI:NL:HR:2018:722 - Duidelijk grensoverschrijdend belang: substantiële economische waarde kan volstaan
Bij de beoordeling van een 'duidelijk grensoverschrijdend belang' is een substantieel economisch belang een zwaarwegende factor. Dit kan op zichzelf volstaan als indicatie, ook als andere factoren zoals de plaats van uitvoering geen duidelijke aanwijzingen voor of tegen een dergelijk belang opleveren.