ECLI:NL:RBLIM:2024:2139 - Rechtbank Limburg - 15 januari 2024
Uitspraak
Uitspraak inhoud
Zittingsplaats Maastricht
Familie en jeugd
Datum uitspraak: 16 januari 2024
Zaaknummer: C/03/325870 / FA RK 23-4955
De enkelvoudige kamer, belast met de behandeling van burgerlijke zaken, heeft de volgende beschikking gegeven inzake:
[verzoekster] , verder te noemen: [verzoekster] , wonend op een geheim adres in het arrondissement van de rechtbank Limburg, advocaat mr. J.C. van Nass, kantoorhoudend in Amsterdam.
1 Het verloop van de procedure
Het procesverloop blijkt uit het verzoekschrift met bijlagen, ingekomen op 22 december 2023.
2 De feiten
[verzoekster] is geboren op [geboortedatum] 1983 in [geboorteplaats] . De geboorteakte van [verzoekster] komt voor in het register van de burgerlijke stand van de gemeente [geboorteplaats] in het jaar 1983 onder aktenummer 2732.
In de basisregistratie personen is [verzoekster] geregistreerd met de Nederlandse nationaliteit.
3 Het verzoek
Het verzoek strekt ertoe dat de rechtbank de wijziging zal gelasten van de voornamen van [verzoekster] , in die zin dat de voornamen [voornamen] worden gewijzigd in [voornaam] , zodat [verzoekster] voortaan [voornaam] [verzoekster] zal heten, en dat de rechtbank de ambtenaar van de burgerlijke stand zal gelasten om deze wijziging aan de geboorteakte toe te voegen.
[verzoekster] heeft ter onderbouwing van het verzoek gesteld dat [verzoekster] zich niet meer identificeert met de voornamen [voornamen] die refereren aan het vrouwelijke geslacht. [verzoekster] heeft na een jarenlang en zorgvuldig bewustwordingsproces onder begeleiding van een psycholoog en huisarts vastgesteld dat zij genderdysforie heeft, wat inhoudt dat [verzoekster] zich niet identificeert met het vrouwelijke geslacht waarmee [verzoekster] is geboren. [verzoekster] identificeert zich als non-binair en wenst de voornamen daarmee in overeenstemming te brengen. De naam [voornaam] is de koosnaam die de ouders [verzoekster] al tijdens de vroege jeugd hebben gegeven. Deze koosnaam is [verzoekster] dierbaar en sluit goed aan bij de identiteit van [verzoekster] . [verzoekster] draagt de voornaam [voornaam] al jaren in het maatschappelijke en zakelijke verkeer en wenst deze naamsverandering te formaliseren. Gezien het voorgaande stelt [verzoekster] dat het zwaarwichtig belang bij het verzoek tot voornaamswijziging is gegeven. Ook is de gewenste voornaam [voornaam] niet ongepast en stemt die evenmin overeen met bestaande geslachtsnamen die niet tevens gebruikelijke voornamen zijn.
4 De beoordelingArtikel 1:4 lid 4 van het Burgerlijk Wetboek (BW) geeft de rechter de (discretionaire) bevoegdheid op verzoek van de betrokken persoon de wijziging te gelasten van zijn voornamen. Voor een dergelijke wijziging dient een voldoende zwaarwichtig belang te bestaan. Bepalend bij de vraag of sprake is van een zwaarwichtig belang, is de mate van ongemak en/of overlast die de betrokkene in het dagelijks leven van zijn voornamen ondervindt. Daarbij dienen alle feiten en omstandigheden te worden meegewogen. Daarnaast dient het verzoek te worden getoetst aan artikel 1:4 lid 2 BW. Beoordeeld moet worden of de gewenste voornamen niet ongepast zijn of overeenstemmen met bestaande geslachtsnamen, tenzij deze tevens gebruikelijke voornamen zijn.
De rechtbank is van oordeel dat verzoekster door haar in het verzoekschrift en in de motivatiebrief gegeven toelichting, op overtuigende wijze naar voren heeft gebracht dat zij een voldoende zwaarwichtig belang heeft bij de door haar verzochte wijziging van de voornaam. Niet gebleken is van beletselen als bedoeld in artikel 1:4 lid 2 BW tegen de gewenste voornamen van [verzoekster] . Gezien het vorenstaande zal het verzoek tot wijziging van de voornamen van [verzoekster] worden toegewezen, in die zin dat de voornamen [voornamen] worden gewijzigd in [voornaam] , zodat [verzoekster] voortaan [verzoekster] zal heten.
Ingevolge artikel 1:4 lid 4 BW geschiedt de wijziging van de voornaam doordat van de beschikking een latere vermelding aan de akte van geboorte van de betrokken persoon wordt toegevoegd, overeenkomstig artikel 1:20a lid 1 BW. In verband daarmee dient de griffier niet eerder dan drie maanden na de dag van deze beschikking, en voor zover daartegen geen hoger beroep is ingesteld, een afschrift van de beschikking te zenden aan de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente [geboorteplaats] in wiens registers de geboorteakte van [verzoekster] voorkomt.
5 De beslissing
De rechtbank:
gelast de wijziging van de voornamen van [verzoekster] , geboren op [geboortedatum] 1983 in [geboorteplaats] , in die zin dat de voornamen [voornamen] worden gewijzigd in de voornaam [voornaam] , zodat [verzoekster] voortaan [verzoekster] zal heten;
bepaalt dat de griffier op de voet van het bepaalde in artikel 1:20e lid 1 BW niet eerder dan drie maanden na de dag van deze beschikking een afschrift daarvan zal zenden aan de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente [geboorteplaats] , dit met het oog op het bepaalde in artikel 1:20 lid 1 en onder a BW juncto artikel 1:20a lid 1 BW.