Terug naar bibliotheek
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

ECLI:NL:GHARL:2024:5132 - Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden - 11 augustus 2024

Arrest

ECLI:NL:GHARL:2024:513211 augustus 2024

Arrest inhoud

GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN

locatie Arnhem

afdeling civiel recht

zaaknummer gerechtshof 200.343.726/01 en 02 (zaaknummer rechtbank Midden-Nederland C/16/574575/JE RK 24-728)

proces-verbaal van uitspraak als bedoeld in artikel 29a Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering

Proces-verbaal van de mondelinge behandeling met gesloten deuren van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden op 5 augustus 2024, door mrs. R. Feunekes, voorzitter, J.B. de Groot en K.A.M. van Os-ten Have, leden, bijgestaan door de griffier,

in de zaak van

[verzoekster] ,

die verblijft in de PI [plaats1] , verzoekster in hoger beroep, verder te noemen: [verzoekster] , advocaat: mr. H.S.K. Jap-A-Joe in Utrecht,

en

de gecertificeerde instelling William Schrikker Stichting Jeugdbescherming & Jeugdreclassering gevestigd in Amsterdam verder te noemen: de GI,

en

[de mentor] van [naam1], gevestigd in [vestigingsplaats] , verder te noemen: de mentor,

en

[de moeder]

en [de vader] die beiden wonen in [woonplaats1] , verder te noemen: de ouders. Aanwezig zijn:

Van de mondelinge behandeling is afzonderlijk proces-verbaal opgemaakt.

Tijdens de mondelinge behandeling heeft het hof de zitting geschorst voor overleg in raadkamer. Vervolgens is de zaak uitgeroepen voor uitspraak en heeft het hof in het openbaar mondeling uitspraak gedaan (artikel 29a Rv). Deze luidt zakelijk weergegeven als volgt.

het verzoek om voorlopige voorziening (zaaknummer 200.343.726/02)

Aangezien [verzoekster] op de mondelinge behandeling heeft verteld dat zij niet meer terug wil naar de accommodatie gesloten jeugdzorg van Pluryn, zal het hof haar verzoek om als voorlopige voorziening te bepalen dat zij in de gesloten accommodatie jeugdzorg van Pluryn zal verblijven totdat op haar verzoek in hoger beroep is beslist, reeds afwijzen omdat zij daar geen belang meer bij heeft.

de hoofdzaak (zaaknummer 200.343.726/01)

Het hof is van oordeel dat de beslissing van de kinderrechter in de rechtbank Midden-Nederland, locatie Utrecht, van 4 juli 2024, in stand moet blijven. De beslissing van de kinderrechter om het verblijf van [verzoekster] in de gesloten accommodatie van Pluryn niet te verlengen voor de resterende tijd van vier maanden is terecht genomen.

Er is geen wettelijke basis meer voor een terugkeer naar de jeugdzorg bijna drie maanden na het bereiken van de achttienjarige leeftijd. De afrondende behandeling waarvoor [verzoekster] na haar achttiende verjaardag [in] 2024 in aanmerking kwam, is zonder succes voortijdig afgerond. Een verklaring van een gedragswetenschapper die een verdere verlenging van de gesloten plaatsing na achttien jaar en twee maanden ondersteunt, ontbreekt. Pluryn verleent bovendien geen medewerking meer aan een verdere verlenging van de gesloten jeugdzorg. [verzoekster] is aangewezen op volwassenenzorg.

[verzoekster] zit sinds eind juli in voorlopige hechtenis in de PI [plaats1] . Zij wordt op 8 augustus 2024 opnieuw voorgeleid aan de rechter-commissaris, die dan zal beslissen over verlenging van haar detentie.

Hoewel dit niet aan het hof voorligt, lijkt [verzoekster] er het meest bij gebaat om vanuit detentie, waar zij zegt rust te ervaren, te zoeken naar een passende plaats in de volwassenenzorg. De mentor van [verzoekster] is daar al druk mee bezig: er is een WLZ-indicatie voor haar aangevraagd. WLZ betekent Wet Langdurige Zorg.

Het hof drukt [verzoekster] op het hart om, zodra er een passende plaats in de volwassenenzorg voor haar is gevonden, zich te houden aan de afspraken, mee te werken aan de noodzakelijke traumatherapie en therapie niet tussendoor af te breken.

De beslissing

Het hof:

in de zaak met nummer 200.343.726/02

wijst het verzoek af;

in de zaak met nummer 200.343.726/01

wijst de verzoeken af;

bekrachtigt de beschikking van de kinderrechter in de rechtbank Midden-Nederland, locatie Utrecht, van 4 juli 2024.

De voorzitter deelt mee dat een afschrift van het proces-verbaal zo spoedig mogelijk aan partijen wordt toegestuurd en sluit de zitting.

Dit proces-verbaal is ondertekend door de voorzitter.